r
11
A. Brugma.
spraakgebrek de ouders somtijds overgaan tot handelingen,
die de kwaal wel kunnen verergeren, maar niet verbeteren,
(dit geldt alleen de stotteraars).
De medewerking van artsen of andere deskundigen be
hoefde niet te worden ingeroepen.
Als hulp- en leermiddelen werden gebruikt:
Ademings- en lispelfleschjes, leesboeken en platen.
De toestand van het lokaal was dit jaar veel beter dan
het vorige jaar, dank zij de meerdere kosten (eigen mid
delen), die er werden besteed aan het onderhoud.
Op 1 December 1910 waren onder behandeling 39 leer
lingen, en wel 21 stotteraars en 18 andere spraakgebrekkigen.
In den loop van het jaar kwamen er 10 leerlingen bij,
en wel 5 stotteraars en 5 anderen.
Totaal werd dus aan 49 leerlingen les gegeven, en wel
26 stotteraars en 23 anderen.
Als hersteld werden ontslagen 23 leerlingen, en wel 11
stotteraars en 12 anderen.
Om andere redenen werden ontslagen 6 leerlingen, en
wel 3 stotteraars en 3 anderen.
Totaal werden dus 29 leerlingen ontslagen, en wel 14
stotteraars en 15 anderen.
Er bleven op 1 December 1911 nog 20 leerlingen onder
behandeling en wel 12 stotteraars en 8 anderen.
jï
VERSLAG ONDERW. AAN SPRAAKGËBR. LEERLINGEN. 40
