I
1I
ij
I
Btylage 54
Burgemeester en Wethouders
EdelAchtbare Heeren.
B. van Kossem, Secretaris.
VERSLAG over 1911 van het Departement 's-Graven-
hage der Maatschappij van Ny verheid.
Aan
van 's-Gravenhage.
Ingevolge artikel 19 van ons Reglement breng ik U verslag
uit over de gebeurtenissen in het Departement in het ver-
eenigingsjaar 19111912.
Het jaar 1911 onderscheidde zich in het algemeen weinig
van 1910. Het aantal leden bedroeg einde December 1911, 204.
Algemeene vergaderingen, waarin sprekers optraden ter
inleiding van eenig wetenschappelijk onderwerp, vonden vier
malen plaats. De gehouden voordrachten betroffen: „De
Scheveningsche haven, naar aanleiding van de voorstellen
van Januari 1910, aangeboden dooi’ de commissie-Kraus”
(P. H. van der Kemp); „Onweders en de moderne wyzevan
beveiliging tegen den bliksem” (Dr. D. van Gulik); „Ont
werp Invaliditeitswet” (F. J. W. Drion); „Het jongste bodem
onderzoek in Nederland” (P. Huffnageï Pzn.).
Tot behandeling van de zaken van het Departement werden
vijf Bestuursvergaderingen gehouden.
In het Bestuur werden gekozen, tengevolge van de perio
dieke aftreding van de heeren P. J. van Voorst Vader, A.
Deking Dura en J. E. H. Bakhuis en tengevolge van het
bedanken van den heer C. M. Slotboom, de heeren P. A.
Haaxman Jr., M. M. Couvée Jr., J. C. Boot, terwijl de heer
P. J. van Voorst Vader als voorzitter werd herkozen.
Het Bestuur is derhalve voor 1911 vastgesteld als volgt:
P. J. van Voorst Vader, voorzitter, Mr. B. van Kossem,
secretaris, Dr. J. Koeters van Lennep, penningmeester-biblio-
thecaris, H. M. Enthoven, Prof. Dr. S. Hoogewerff, Jhr. Mr.
H. Smissaert, G. H. E. Bergsma, W. A. J. M. Horrix, A. H.
W. van der Vegt.