f
I
55
4
HOOFDSTUK 11.
Algemeene beschouwingen.
Op de Gemeente-begrooting voor 1912 werd laatstgenoemd
bedrag beschikbaar gesteld.
In het vorige jaarverslag is in Hoofdstuk II in den breede
uiteengezet de toestand, welke is ontstaan sinds Burge
meester en Wethouders aan de samenwerking van Gezond
heidscommissie en Bouw- en Woningtoezicht een eind maakten.
Ook gedurende 1911 verwees het bureau der Commissie
dientengevolge de mondelinge klagers naar Bouw- en Woning
toezicht, terwijl de afdoening van vele schriftelijke klachten
betreffende de volkshuisvesting, weder eene aanmerkelijke
vertraging ondervond.
De toestand bleef dus onbevredigend, en in dezen ware
wellicht alleen door wetswijziging verbetering te verkrij
gen. Daar een herziening van de Gezondheidswet reeds
bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal aanhangig was,
wendde de Commissie zich tot den Hoofdinspecteur met ver
zoek onderstaande beschouwingen te willen brengen onder
de aandacht van den Centralen Gezondheidsraad ten einde
in het belang van een krachtig en doeltreffend optreden
der Gezondheidscommissie!! de Regeering te wijzen op de
wenschelijkheid van aanvulling der Gezondheidswet op de
hieronder besproken punten.
Aan den Hoofdinspecteur werd daartoe het volgende in
overweging gegeven
Het is onze Commissie vooral in den laatsten tjjd ge
bleken, dat de Gezondheidswet op enkele punten drin
gend wijziging of aanvulling behoeft. Herhaaldelijk toch
komt het voor dat de Gezondheidscommissies onder
zoekingen hebben in te stellen, waarbij het aankomt op
het opsporen van eenige niet direct waarneembare oor
zaak van benadeeling der volksgezondheid. In bijzondere
mate nu wordt onze Commissie hetzij ZÜ door een of
meer barer leden, dan wel door deskundigen, zoodanige
onderzoekingen doet instellen daarin belemmerd, door
dat zy de bevoegdheid mist (welke wel toekomt aan de
r
VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE.