s I I I I I 5 55 11 HOOFDSTUK III. 4 toekomst zijn bestemd voor den aanleg van straten, op welke verordeningen de Commissie tot nu toe steeds werd gehoord, werd zij voortaan niet meer gehoordtotdat door Ged. Staten aan een tweetal dier verordeningen op grond van het niet hooren der Commissie goedkeuring werd onthouden (zie daarvoor Hoofdstuk IVc). Overigens echter valt in den allerlaatsten tijd een kentering in de houding van Burg, en Weth. waar te nemen. Zulks kan dezerzijds niet anders dan als een gunstig verschijnsel worden begroet, aangezien het niet te ontkennen is, dat bij het niet hooren der Commissie nog wel eens gewichtige, hygiënische belangen in het gedrang dreigen te komen. Toestand van water, bodem en lucht en hetgeen tot verbetering is geschied. A. Waterloopen en slooten, enz. Een gedeelte van de vaart tusschen het terrein van de Gemeentegasfabriek en de Newtonstraat, dat'vol drijvend vuil lag, werd blijkens bericht van Burgemeester en Wet houders van dat vuil gezuiverd. Begin Augustus werd weder geklaagd over den stank der grachtende klacht werd echter gedeponeerd, daar intusschen flink gespuid wak. Ten opzichte van het luchtbederf in de nabijheid van het gedeelte van het Ververschingskanaal tusschen de sluizen kan worden medegedeeld, dat de kans niet is uitgesloten, dat binnen niet te langen tijd door het gemeentebestuur zal worden overgegaan tot het leggen van een persbuis van af het hoofdrioolgemaal naar zee. Wy hopen dus „binnen niet te langen tyd” te kunnen vermelden, dat inderdaad tot dezen zeer noodigen maatregel is besloten. Maar wy zouden het zeer toejuichen, wanneer nog in den loop van het jaar 1912 deze zaak by den Gemeenteraad werd aan hangig gemaakt. De bebouwing ter plaatse breidt zich voortdurencl uit en de bewoonbaarheid van de woningen in de omgeving lydt sterk onder den stank van het hier- bedoelde open riool. VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE. I

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1911 | | pagina 1582