55 25 Het ontwerp reserveert voorts voor parken, plant soenen en speelterreinen by elkaar een aanmerkelijk oppervlak. Het zoogenaamde Zuiderpark is ontworpen op eene grootte van ongeveer 140 H.A., waarbij echter in aanmerking moet worden genomen dat by de be handeling van het Uitbreidingsplan in den Raad van de zijde van uw College verklaard is dat de grootte van dit park thans niet definitief kan worden vastgesteld i Handelingen 1910, pagina 103), d.w.z. dat het nog geens zins vaststaat, dat, ais het op de uitvoering aankomt, het park de grootte zal krygen als thans op het ontwerp- Uitbreidingsplan is aangegeven. Desniettemin wil het ons voorkomen, dat de hier voor park bestemde terreinen met die van de zoogenaamde „arbeiderswijken” wel in de allereerste plaats in aan merking komen om krachtens de Woningwet te worden onteigend. En heeft dan de Gemeente zich verzekerd van het bezit dier gronden, dan komt-het wenschelijk voor dat onmiddellyk worde overgegaan, zy het by ge deelten, tot den aanleg van het ontworpen park. Daar gelaten dat men misschien eerst na 20 jaar hoog opgaand geboomte ter plaatse mag verwachten en het dus reeds uit dien hoofde gewenscht is met den aanleg zoo spoedig mogelyk een aanvang te maken, is het reeds nu open stellen van flinke stukken park, zij het met jong hout, voor de gansche bevolking van de omliggende arbeids- buurten van groot belang te achten. Het zou ons mitsdien in niet geringe mate teleurstellen, wanneer de aanleg van dit park door het gemeentebestuur niet onder de zeer urgente zaken gerekend werd, terwyl bovendien deze parkaanleg uitstekend kan worden benut als middel vooral zorg zal moeten dragen, dat geaccidenteerd ter rein zooveel mogelijk behouden blijft, aangezien het geheel afgraven van zulk terrein vandalisme moet wor den genoemd, en juist het verschil in hoogteligging van de te stichten gebouwen veel kan bydragen tot een schoon geheel. Zie het in dit opzicht verknoeide terrein van „Nieuw-Zorg vliet" en omgeving. VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1911 | | pagina 1596