39 55 Resumeerende, meenen wy onze bezwaren tegen het ter visie gelegde ontwerp-uitbreidingsplan in het kort aldus te mogen formuleeren: 1°. er zyn geen terreinen aangewezen voor uitbrei ding van het visschersdorp Scheveningen 2°. de verhouding tusschen open en gesloten bebou wing is in het Westen en het Zuiden niet gunstig; 3°. aan de wenschelijkheid van gebogen straten is, de op dit terrein geprojecteerde wegen. Dit verband nu wordt by de elkander rechthoekig kruisende wegen van het ontwerp ten eenenmale gemist. Midden in „Zorgvliet” trekt bovendien de aandacht een vierkant plein, dat by Berlage, zij het niet geheel in denzelfden vorm, óók voorkomt, maar door hem be doeld was als het terrein voor een te stichten museum. Wanneer dat vierkante plein niet moet dienen voor het daarop stichten van een groot openbaar gebouw, dan heeft het midden in een park naar ons oordeel geen zin. Met genoegen constateert men ten slotte nog op dit blad, als onderdeel van het Uitbreidingsplan, een ver- breeding van het gedeelte van de Anna Paulownastraat nabij den Scheveningschen weg, welke aan de veiligheid van het verkeer ter plaatse niet anders dan ten goede kan komen. Maar het kruispunt van de Laan van Meer- dervoort en de Anna Paulownastraat heeft naar onze meening ten minste even dringend behoefte aan voor ziening voor wat betreft de verkeersveiligheid. En daar men op het ontwerp by de afschuining van den hoek Scheveningschen weg-Anna Paulownastraat ook de aan die straat gelegen ^ebouwing niet spaart, zouden wy hier wellicht, zonder by het geven van dit advies al te zeer buiten de orde te geraken, aan Uw College in overweging mogen geven het daarheen te leiden dat ook de N.-W. hoek van het kruispunt Laan van Meerder- voort-Anna Paulownastraat worde afgerond, ten einde daar ter plaatse voor het drukke verkeer de onmisbare ruimte te verkrygen. VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1911 | | pagina 1610