I 55 i r een volkomen terecht uitgesproken onbewoonbaarver- klaring als ten onrechte uitgesproken te niet doen op grond van voor hun College in uitzicht gestelde, in den bestaanden toestand te brengen, doch nog niet aange brachte wijzigingen, dan wordt aan het bij artikel 19 der Woningwet gegeven recht van voorziening een geheel ander karakter toegekend dan daaraan naar het oordeel onzer Commissie toekomt. Gedeputeerde Staten stellen zich dan niet meer de vraag, of de Gemeenteraad een door den toestand, ■waarin het betrokken perceel zich bevindt, geheel ge rechtvaardigde beslissing heeft gegeven, doch treden met den eigenaar in overleg over in de omgeving van het perceel mogeljjke wijzigingen, die aan het perceel zoodanig ten goede zouden kunnen komen, dat de noodzakelijkheid tot onbewoonbaarverklaring daardoor kwam te vervallen. Gedeputeerde Staten doen dan geen recht meer in hooger beroep, doch zetten zich op de stoelen van den Gemeenteraad, om toestanden in het leven te. roepen, die de terecht uitgesproken onbewoonbaarverklaring on- noodig maken, 'waarbij zjj zich aan het gevaar bloot stellen, dat zij in overleg met den eigenaar wijzigingen ontwerpen of aannemen, die later voor verwezenlijking niet vatbaar blijken en afstuiten op bezwaren van juri- dischen of administratieven aard, die Gedeputeerde Staten noch kenden, noch konden voorzien. Wordt de thans door Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland ge huldigde leer als juist erkend, dan vreest onze Commissie dat ze een verlammenden invloed zal uitoefenen op de goede werking der Woningwet; voor de eigenaren van door den Gemeenteraad op goede gronden onbewoonbaar verklaarde woningen, wordt dan een zeer gemakkelijk te bewandelen weg geopend, om zich aan de gevolgen dier onbewoonbaarverklaring te onttrekken. Op grond van het bovenstaande meent onze Commissie dat er alleszins termen zijn, om bij de Hooge Kegeeringaan te dringen op vernietiging van de hierboven aangehaalde besluiten van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland. 56 VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE. r

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1911 | | pagina 1627