55 59 HOOFDSTUK V. Openbare en andere gebouwen en getimmerten, niet vallende onder de Woningwet. In het Voorloopig Verslag der Tweede Kamer over het Hlste Hoofdstuk der Staatsbegrooting voor het dienstjaar 1912 werd gevraagd of er onderhandelingen gevoerd werden met de gemeente ’s-Gravenhage omtrent verplaatsing van kazernes en oefeningterreinen, en zoo ja, of de Minister dienaangaande eenige mededeelingen kon doerr. Men bracht in herinnering, dat het verslag van de Gezondheidscom missie over 1910 het onhoudbare van den tegenw’oordigen toestand op overtuigende wijze in het licht heeft gesteld. De Memorie van Antwoord op dat verslag zegt daaromtrent het navolgende: .Wij mogen echter niet nalaten uw college te wijzen op „het misbruik, dat in deze van het recht van petitie wordt .gemaakt. Voor den eigenaar moet het duidelijk zijn geweest, „dat, waar hij aan het bevel tot verbetering zoo goed als „geen gevolg had gegeven, uw College geen genoegen kon „nemen met zijne schijnvertooning. Kennelijk is het thans „voorliggende verzoek alleen ingediend van tijd te winnen. „Wij meenen, dat in het belang eener goede uitvoering der „Woningwet deze manier om, zonder dat daarvoor eenige „gegronde reden bestaat, den by het bevel tot verbetering „gestelden termijn feitelijk buiten effect te stellen, krachtig „behoort te worden tegengegaan en geven uw College „daarom in overweging afwijzend te beschikken op het „voorliggend verzoek en krachtig aan te dringen op onver- wijlde uitvoering van de bevolen verbeteringen”. „Wellicht zal deze zaak uw College ook aanleiding geven, „om verzoeken als het onderhavige, waarbij het alleen te „doen is om aan een gegeven bevel tot verbetering te ont- „komen, voortaan buiten behandeling te laten.” Burgemeester en Wethouders beschikten daarop afwijzend op het gedaan verzoek. r VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1911 | | pagina 1630