21 Het personeel der Gemeentesecretarie. Eervol ontslag op verzoek werd verleend aan: den tweede-klerk G. G. van Koot, met ingang van 15 Februari: den referendaris Mr. Dr. D. Talma, met ingang van 10 Juni: den contröleur bij het bevolkings register C. H. van dek Endt, met ingang van 1 Mei en aan de boden ten Raadhuize IT. de Bie en P. Leunis respectievelijk met ingang van 1 September 1911 en 1 Januari 1912. Definitief werden benoemd: tot commies: A. J. VAN Wijk en D. Schild, respectievelijk met ingang van 17 Januari en 1 November; tot adjunct-commies: J. P. Breur, K. J. Maris, J. J. Kroeze, Mr. H. L. Mees en J. II. de Groot, laatstgenoemde met ingang van 1 Sep tember, de overigen met ingang van 1 Augustus; tot tweede-klerk: A. van Solinge Je. en W. H. Büokert, beiden met ingang van 1 Januari 1912; tot schrijver: J. H. van Waalwijk en E. Emmering, respectievelijk met ingang van 1 Maart en 1 Augustus en Mej. C. C. Engelberts, H. J. M. Blokpoel en N. J. P. C. de Larüwière Kraat, met ingang van 1 Januari 1912; tot ambtenaar voor het onderzoek aangaande personen, omtrent wie door hooger bestuur inlichtingen worden gevraagd nopens hunne financiëele omstandigheden, als de betrekking van Secretaris dezer Gemeente heeft bekleed, werd bij Raadsbesluit van 14 Augustus, opzijn verzoek, op de meest eervolle wijze ontslag als zoodanig verleend, onder dankbetuiging voor de langdurige en hoogst gewichtige diensten aan deze Gemeente bewezen, en zulks met ingang van 1 October 1911. In de laatste vergadering van den Raad, op 29 Sep tember, welke door den heer Evers werd bijgewoond, werd hem in eene zeer waardeerende toespraak van den Voorzitter medegedeeld, dat het H. M. de Koningin had behaagd hem te benoemen tot Ridder in de orde van den Nederlandschen Leeuw. In de Raadsvergadering van 18 September werd tot Gemeentesecretaris benoemd de heer Jhr. Mr. M. van Reenen, Referendaris ter Gemeentesecretarie, die inde Vergadering van 29 September als zoodanig werd beëedigd en geïnstalleerd. d.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1911 | | pagina 22