258 de Bibliotheek een ruim gebruik 1911 van het Letterkundig Genootschap „Oefening kweekt kennis” wordt medegedeeld, dat het ledental slechts ge ringe wijziging heeft ondergaan tegenover een verlies van een twintigtal leden valt als gewoonlijk een winst van een ongeveer even groot aantal nieuw toegetredenen te boeken. In de samenstelling van het Bestuur kwam verandering door de 'aftreding van de heeren Mr. C. Bake en P. A. M. Boele van Hensbroek, die vervangen werden door de heeren W. P. van Stockum Jr. en Dr. Edw. B. Koster. In de algemeene vergadering van 24 October 1910 werd in de plaats van den heer A. W. Evers de heer J. A. F. van der Meer van Kuffeler tot bestuurder benoemd. Achtereenvolgens traden o. a. voor de leden opde heer Maurits Wagenvoort met een causerie over „Jan Compagnie in Voor-Indiö en op Ceylon”; de Voorzitter der Vereeniging, die eene lezing hield over Mevrouw BosboomToussaint; Mevrouw B. Holtrop van Gelder; Prof. Dr. W. Vogelsang uit Utrecht met een voordracht over de werken van Michelangelo, met lichtbeelden: Prof. Dr. H. Y. Groenewegen, die het woord voerde over „Een denker van en voor onzen tijd„Fechner en zijn blik op de wereld’; Prof. Dr. II. Brugmans, die tot onderwerp had„De Maagd van Orleans”, de heer C. R. Bakhuizen van den Brink, die een paar verzen las van Albert Verweij; Dr. A. J. Barnouw over Shakespeare’s Tempest; de heer A. Sunier. die sprak over „Le Romantisme en France”. Het leesseizoen werd gesloten op 3 April, waarop de heer P. A. M. Boele van Hensbroek aandacht vroeg voor het door hem gevolgde vraagstuk van Lodewijk XVIINaundorff. Vanwege het Bestuur van „De T^eesinrichting” werd het volgende medegedeeld Het ledental bleef ongeveer gelijk aan dat van het vorig jaar. Op 1 Januari 1911 was er een batig saldo van f 20o,bz aanwezig. Door den dood ontviel der Vereeniging de heer Mr. J. G. Patijn, Oud-voorzitter en Eerelid. De lokalen werden, als gewoonlijk, vrij druk bezocht, terwijl van de Bibliotheek een ruim gebruik werd gemaakt.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1911 | | pagina 255