I
15
14
baddoek en zeep
XIV. Overtredingen.
De Directeur van het Openbaar Slachthuis,
H. G. van Harrevelt.
’s-Gravenhage, April 1912.
Opgemaakt zyn geworden 40 processen verbaal van over
tredingen van verschillende artikelen der op het Slachthuis
betrekking hebbende verordeningen.
De overtredingen waren: 1 maal beleediging van een
ambtenaar in functie, 2 maal van Art. 6, 1 maal van Art.
14, 1 maal van Art. 15,-9 maal van Art. 21, 1 maal van
Art. 27 en 1 maal Art. 32 der verordening op het gebruik
van het Openbaar Slachthuis, benevens 20 maal van Art.’4,
1 maal van Art. 3 en 3 maal van Art. 10 der verordening
op het slachten, de keuring, den invoer enz.
Van deze processen-verbaal werden er 6 door den Directeur
vernietigd; in 1 geval volgde vrijspraak door den Kanton
rechter, in 33 gevallen veroordeeling tot geldboeten, subsidiair
hechtenis of wel principale hechtenis.
Gebruik van baddoeken en zeep.
Tegen betaling van f 0,10 werd 28 maal aan personen,
niet in dienst van het Slachthuis, een
verstrekt.
I
I
K'-
Opbrengst van den Korioven.
De dierenlijken, aangebracht door de Openbare Reiniging,
voorheen vernietigd in het vernietigingstoestel in de duinen,
zijn van de opening van het Slachthuis af verbrand in den
Korioven.
De Gemeente vergoedt hiervoor over 1911 f 376.— en
vervolgens f 900,per jaar.
Voor rekening van particulieren werden verbrand:
3 honden, 3 paarden, 1 rund, 1 varken, 2 biggen en 1 dood
geboren veulen.
VERSLAG VAN HET OPENBAAR SLACHTHUIS.
i-' -
Ir