101
D. Draaiingsver mogen van melk
E. Kaasstofbepaling in melk.
i
Draaiings-
vermogen
Carrez.
4.14
4.73
4.63
4.71
4.66
4.32
4.70
Melksuiker
pCt.
Carrez-flltraat.
4.47
4.61
4.54
4.74
4.70
4.49
4.90
4.75
5 00
5 03
5.05
5.05
4.95
5.50
4.68
5.00
5.00
5.03
5.03
4.80
5.36
Draaiings-
vermogen
Codex Alim.
f
i Melksuiker
pCt.
Schoorl.
Een aantal malen zijn de uitkomsten verkregen met de
methode Ortman aangegeven in de Codex alimentarius ver
geleken met die door Carrez gepubliceerd. De laatste methode
werd verricht door by 10Ö ccm. melk te voegen 5 ccm.
ferrocyaankalium l'l2 N. en 5 ccm. Zinkaeetaat 3 N. Op
grond van eenige waarnemingen mag worden aangenomen
dat beide methoden gelijke uitkomsten geven.
De cijfers in de. tabel opgenomen zijn ongecorrigeerd en
stellen dus voor de draaiing van het Altraat waargenomen
in een 2 d.M. buis.
Bovendien is in het bij de methode Carrez verkregen
Altraat het melksuikergehalte na passende verdunning be
paald volgens Schoorl. Indien men bij de berekening een
correctie invoert ter grootte van 6% van het melkvolume
dan komen de verkregen uitkomsten vrijwel overeen met
die volgens de directe door Schoorl aangegeven melksuiker-
bepaling, in enkele gevallen waren de uitkomsten iets hooger.
De kaasstofbepaling in koemelk uitgevoerd volgens de
methode Hoppe-Seyler is zeer tydroovend, van daar dat
eenige bepalingen werden verricht volgens de door Schloss-
man aangegeven werkwyze, welke bestaat in een praecipi-
teeren der kaastof met verzadigde aluinoplossing en een
stikstofbepaling volgens Kjeldahl in den verkregen neerslag.
Zoowel in volle als in karnemelk gaf deze methode uit
komsten welke in overeenstemming zijn met die der Hoppe-
beyler methode.
VERSLAS KEURINGSDIENST VAN EET- EN DRINKWAREN. 20