BJjlaee 40 Aan den Gemeenteraad. VERSLAG der Vereeniging „Kindervoeding" te s-Gravenhage, over 1912. Ter voldoening aan de voorwaarde, waarop aan onze Vereeniging subsidie uit de Gemeentekas werd verleend, hebben wij de eer hierbij het verslag aan te bieden van onze werkzaamheden over het jaar 1912, alsmede de exploi tatierekening met balans over dat jaar, voor zoover mogelijk met de noodige bescheiden. Daaruit zal U blijken, dat de contribution tot een aan merkelijk lager bedrag staan aangegeven dan verleden jaar. Dat vindt zyn oorzaak voor een deel in den achteruitgang van het ledental door overlijden en bedanken, waarmede de aanwinst van nieuwe leden geen gelijken tred houdt, maar voor een grooter deel in de omstandigheid, dat onze inrichting is gebaseerd op het winterseizoen, zoodat de laatste maanden van het eene en de eerste maanden van het volgende jaar den winter van het werkjaar uitmaken. Daardoor worden de contributiën zoowei vóór als na nieuwjaar geïnd. baar Uw Raad een rekening vraagt over het kalenderjaar, komt er zooals hier duidelijk blijkt soms verschil in iet geheel der bij den Penningmeester in den loop van het afgedragen gelden, en komen de nog te storten con- mtiim op rekening van het volgende jaar. 1„ den Haag werden van 3 Januari tot 3 April en van November tot 31 December, gedurende 19*/2 week, aan str'm ^60 kinderen 217.750 porties warm voedsel ver trekt i(;;5.35O L w e Scheveningen van 4 Januari tot 3 April, gedurende 13 mi, aan gemiddeld 349 kinderen 27.300 porties 20.500 L. tot zomervoeding namen in den Haag van 17 April vawii’t' .em,)er (met uitzondering van 3'/2 week zomer- himiU kinderen deel, terwijl te Scheveningen 55 ’°t n' ?1 1)0tel’hammen met melk ontvingen van 22 April l)1i(l<’rbioke<11^)er eveneens door 3*/2 week zomervacantie Hijke" lr".t'‘rvoedmg had in den Haag plaats in 19 Gemeen de' n'llastieklokalen, de Israëlietische soepin richting in s raat en gedurende de voorjaarsmaanden in het

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1912 | | pagina 1037