53
83
Cursussen in Paedagogiek voor Onderwijzeressen
in handwerken.
4. Bijzondere scholen.
Het handwerkonderwjjs op de bijzondere scholen loopt
zeer uiteen: op sommige groote scholen met zeer bevolkte
klassen worden niettegenstaande den ijver en de toewijding
der onderwijzeressen niet die resultaten bereikt, die anders
mogelijk zouden zijn. Op andere scholen, die minder leer
lingen tellen, wordt voldoende werk gemaakt van de nuttige
handwerken.
De weinige medewerking van de ouders echter en het
spoedig onderwijzen van fraaie handwerken maken, dat de
nuttige handwerken er over ’t algemeen eene zeer onderge
schikte plaats innemen. Het onderwijs is er meer op inge-
richt, aardige voorwerpen te vervaardigen dan grondig te
leeren handwerken.
Op enkele gunstige uitzonderingen na, staat het onderwijs
in de nuttige handwerken op de bijzondere scholen dan ook
niet op hetzelfde peil als op de meeste openbare scholen.
De lessen aan de afdeelingen van den cursus in paedago-
giek onder leiding van de heeren P. W. L. Brijnen, P.
Rauwerda en E. Vrieze werden geregeld voortgezet. De
heer G. Elgersma, onderwijzer van de afd. aan de school
Koningin-Emmakade, vroeg in het begin van het j aar eervol
ontslag. Door B. en W. werd de verdere leiding opgedragen
aan den heer D. Brouwer. Het aantal leerlingen, dat aan
vankelijk 88 bedroeg, verminderde tot 76. De sub-commissie
kan met genoegen constateeren, dat zij van den ijver en
de belangstelling der leerlingen over het algemeen een
gunstigen indruk kreeg. Het aantal verzuimen was geringer
dan by vorige cursussen.
De leden der sub-commissie: Mej. S. H. Croiset, Mevrouw
J. Belinfante-Mendes da Costa en de heeren A. van Rij en
J. Fillekes werden bij besluit van B. en W. van 4 October
1912, krachtens de gemeente-verordening No. 1 van 1907,
benoemd tot leden eener Commissie, belast met het instellen
van een onderzoek naar de vorderingen der leerlingen. Op
VERSLAG LAGER ONDERWIJS.