53 ’s-Gravenhage, 15 December 1911. Bijlage A. De Sub-Commusie voomoemd uit de Plaatselijke Commissie van Toezicht op het Lager Onderwijs te ’s-Gravenhage. De Commissie uit de Plaatselijke Commissie van Toezicht op het Lager Onderwijs te ’s-Gravenhage, belast met het onderzoek naar de wenschelijkheid van de oprichting eener gemeentelijke „Strenge School” verzoekt U beleefd onder staande vragen te beantwoorden. stichten bestonden, zouden we dan om dergelijke redenen moeten nalaten ze op te richten? Voor de practische bezwaren sub 3° en 4° zie men pagina 27 en 25 van dit verslag; tegen het bezwaar sub 5° zullen Burgemeester en Wethouders moeten waken. Aan het einde van onze beschouwingen gekomen, willen wij nog wijzen op het reeds genoemd Rapport inzake de oprichting eener „Strenge School”, opgesteld door eene Com missie, bijeengeroepen door de Besturen van de afdeelingen Amsterdam van „Volksonderwijs”, het Nederlandsch Onder wijzers Genootschap en den Bond van Nederlandsche Onder wijzers, van welk rapport onze Commissie een dankbaar gebruik heeft gemaakt. Onze Commissie is tot een vrijwel eensluidende conclusie gekomen als gene, wat o. i. er een niet geringe waarborg voor is, dat de oplossing van het onhandelbaren-vraagstuk inderdaad moet worden gezocht in de door beide Commissies aangegeven richting. 163 VERSLAG LAGER ONDERWIJS. (Volgt onderteekening). i Tijdens het afdrukken van dit Verslag kreeg de Commissie nog inzage van een rapport, opgesteld door een Commissie, benoemd in 1910 door verschillende vereenigingen van Onderwijzers en vereeni- gingen, die zich in het bijzonder voor het kind interesseeren (o. a. eenige afdeelingen van Pro Juventute), dit rapport, dat niet gepubl- ceerd is, (zie echter de N. R. Ct. van Zaterdagavond 2 December 1911} komt mede tot overeenkomstige conclusies.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1912 | | pagina 1360