154 3°. Waterver versching. hoeveelheden zijn begrepen vóór den zomer zooveel 1.497.600 M3., welke van Aangaande de exploitatie en het onderhoud van de werken der waterverversching valt het volgende mede te deelen: en van de daarin noodige kunstwerken. In hoofdzaak kwamen deze plannen met ramingen en concept-over- eenkomsten gereedzij werden onderzocht en met de opmerkingen waartoe zij aanleiding gaven, aan de Maatschappij teruggezonden, zoodat tot een definitief voorstel nog niet kon worden geraakt. teneinde het grachtwater mogelijk te ververschen, en 6 tot 13 Januari kunstmatig zijn opgebracht ten behoeie en voor rekening van Delfland, toen wegens te hooge zeestanden natuurlijke loozing onmogelijk was. Niet geloosd werd gedurende de periode der natuurlij loozingen, van 1 Januari tot ultimo April, 'wegens e hooge zeestanden bij 27 getijden. Op 1 Juni werd ingevolge de vergunningsvoorwa;ti< van Delfland de, den 1 en Mei aangevangen, kunstma tg loozing voortgezet. t Het stoomgemaal werkte tot 1 October dag en n*1^ met vol vermogen, uitgenomen van 24 tot 30 Septem toen wegens het lek worden van het deksel van hoogedrukcilinder der linker-machine slechts niet vermogen werd gewerkt. De in zee geloosde hoeveelheid water bedroeg: in Januari Februari Maart April Mei Te zamen Dat is gemiddeld Onder de geloosde 7.194.000 M3., welke gedurende de maand Mei rekening van de Gemeente kunstmatig zijn opgebracht, 13.358.849 M3. 13.396.508 13.641.051 14.987.955 19.577.658 74.962.021 M3. 493.171 per etmaal. VOO!'

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1912 | | pagina 154