i 59 14 De leertoon was bij vele candidaten vriendelyk en opge wekt. Deze candidaten wisten de kinderen te boeien en hen tot meedoen uit te lokken. Anderen bespraken dor en droog de in het spel voorkomende bewegingen en wisten door haar toon de opmerkzaamheid niet blijvend te houden. Van sommigen was echter de toon beslist onvriendelijk. Begrepen de kinderen niet dadeljjk hare bedoeling, dan werd dit in onvriendelijke bewoordingen kenbaar gemaakt. De opstelling der klasse ging meestal vlug en net. Enkelen lieten een spel, dat beter op rijen gespeeld kon worden, in een kring uitvoeren. Dit had tengevolge, dat steeds eenige kinderen met de verkeerde hand werkten, doordat zy het oog vestigden op de makkertjes aan de overzijde van den kring. Steeds liepen de candidaten hierbij rond, de fouten verbeterende. Enkelen maakten de opstelling te breed of vormden te lange rijen. De verklaring van den inhoud van het spel was bij som mige candidaten heel goed. Zij bespraken eerst de werkzaam heden, die in het spel voorkwamen en lieten deze door de kinderen uitvoeren. Daarna zongen zij een couplet voor en bespraken de daarin voorkomende bewegingen, waarna zij tot de uitvoering van het spel overgingen. Meestal slaagden zij er in het naar wensch te laten spelen. Door gepaste vragen en opmerkingen lokten zij de kinderen uit tot het nabootsen der handelingen. Sommigen poogden wel de in het spel voorkomende bezigheden te laten noemen en uit te beelden, doch waren met een onvoldoend antwoord of een onnauw keurige nabootsing tevreden. Het ontbrekende werd door haar zelf aangevuld. Enkelen deden zelfs de eenvoudigste bewegingen voor, zoodat de kinderen gedachteloos alles nadeden. Bij het aanleeren van het spel werd door vele candidaten gebruik gemaakt van de haar ten dienste staande hulpmid delen, werden meestal bewegingen flink en krachtig voor gedaan en werd geëischt, dat zij evenzoo door de kinderen werden verricht. Anderen echter toonden nog geen goed begrip te hebben van het aanleeren van het spel. Zij waren dadelijk tevreden, als de kinderen de bewegingen eenigszins nabootsten, en letten er niet op, of de uitvoering correct was. Velen controleerden zelfs in het geheel niet, of de bewegingen goed werden uitgevoerd. Bij zulken was de uitvoering van het spel slordig. Anderen letten goed op de fouten en verbeterden deze zooveel mogelyk. Bij enkele candidaten liet de handhaving der orde wel wat te wenschen over. Waar het noodig was, durfden zy niet flink en krachtig optreden. Een twaalftal candidaten gaf blijk, dat zy goed wisten, VERSLAG BEWAARSCHOOL-AKTE-EXAMEN’S.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1912 | | pagina 1617