251 In het ons toegezonden verslag' over hetjaar 1911 11*12 van het Letterkundig Genootschap „Oefening kweekt kennis' wordt medegedeeld, dat in de samenstelling van Dr. H. E. van Gelder in den vorm van een causerie een en ander mede over Den Haag' in de dagen van den Koning-Stadhouder. De Majoor van het O. I. L., de heer H. A. Kooy, trad voor de leden op met het onderwerp: „Een Kunst reisje op .Java, gevolgd door het leven bij een militaire expeditie”, toegelicht met lichtbeelden. Op den len April hield de heer S. J. Bouberg-Wilson, directeur der Tooneelschool te Amsterdam eene lezing over „Beaumarchais en Figaro”. Op eene openbare vergadering der vereeniging ter behandeling van de Schouwburgplannen traden als sprekers op de heeren Dr. Jan Kalf', met het onder werp „De plicht tot behoud van den gevel van den bestaanden Schouwburg”Dr. H. E. van Gelder, die een rede hield over „Historisch stadsschoon bedreigd” en J. J. Nieukerken met: „De onmogelijkheid van het plaatsen van een modernen Schouwburg op het terrein van den bestaande”. Op 26 November traden op de heeren Morren, Dr. van Gelder en Aug. Sassen. Eerstgenoemde sprak over „Haagsche straatnamen”, Dr. van Gelder over „Een beroepstelling in ’s-Gravenhage in 1811” en over „Armen zorg in de 16e eeuw”, terwijl de heer Sassen het een <‘ii ander mededeelde uit de geschiedenis der Genera liteit» Muntkamer. De laatste vergadering werd gehouden op 9 Decem ber met enkele andere vereenigingen, waar als spreker optrad de heer F. A. Hoefer, die een en ander mede deelde over „Het Nederlandsche openluchtmuseum”, ver duidelijkt door lichtbeelden. In het afgeloopen jaar werd door het Bestuur slechts één excursie georganiseerd, n.l. een bezoek aan eenige inrichtingen te Delft, waaraan door een 5O-tal leden "erd deelgenomen. De werkzaamheden der Vereeniging hebben zich "eder even als het vorige jaar in hoofdzaak bepaald tot de verdere bewerking der notariëele protocollen. I-r kwam wederom een groot gedeelte gereed.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1912 | | pagina 251