252
werd
het Bestuur verandering kwam, tengevolge van het
overlijden van den heer J. H. Marckelbach en van het
vertrek naar Baarn door den heer Dr. Joh. Dyserinck. In
de plaats van den heer Emants werd tot ondervoorzitter
gekozen de heer C. R. Bakhuizen van den Brink.
Achtereenvolgens traden o.a. voor de leden op: de
heer en Mevrouw Joh. Hans en Mr. Ph. C. laChapelle
met tooneelspel en voordrachtenProf. Dr. P. H. Ritter,
die over De Génestet sprakde heer Bakhuizen van
den Brink met een keur uit de poëzie van dien dichter
Dr. N. J. Singels uit Utrecht met eene lezing over „De
Wandelende Jood”; Prof. Dr. W. Vogelsang, die sprak
over „Michelangelo als architect en de houwkunst van
zijn tijd”, terwijl ook Dr. Dyserinck eene bijdrage gaf
tot de kennis van dien Italiaanschen meester; Herman
Teirlinck. van Linkebeek, met het onderwerp „Brussel-
sche typen”; Prof. Dr. W. Martin, die uitleg gaf over
het leven en de ontwikkeling van den schilder Jan Steen
Dr. Edw. B. Koster over „Charles Dickens”, terwijl de
heer Mr. Ph. C. la Chapelle een drietal stukken uit
zijn werken ten gehoore bracht; Prof. J. S. Speyer, die
„Indische denkbeelden over herhaalde wedergeboorten”
uiteenzette: Dr. F. van Gheel Gildemeester met eene
causerie over „Constantijn Huygens en zijn sneldichten”
C. G. Kaakebeen, die over „Gevoelswaarde in de Letter
kunde” sprak, terwijl de Voorzitter van het Genootschap
een „Nalezing, tot afscheid” gaf: Mevr. Top van Rhyn—
Naeff met een voordracht van eigen werk. Het lees-
seizoen werd gesloten op 29 April, waarop Ary Delen
uit Antwerpen een voordracht hield over „Cyriel Buysse
en de toestand van de hedendaagsche Vlaamsche Let
teren”.
De Leettinrichting
Vanwege het Bestuur van
het volgende medegedeeld
Het ledental bleef ongeveer gelijk aan dat van het
vorig jaar.
De finantieele toestand was niet ongunstig te noemen.
Door den dood ontviel der Vereeniging de heer
Jhr. Mr. W. F. Rochussen, Oud-Voorzitter en Eerelid.
In de plaats van den heer Jhr. Mr. van Reenen trad
als Voorzitter op de heer Richard van Rees.
De lokalen werden, als gewoonlyk, vrij druk bezocht,