16 .3 Het eerste vaartuig vertrok 30 April ter haringvisscherij, terwijl het laatste 2 Juli de haven voor dat doel verliet. Uit de peiling van 28 Juni bleek, dat de buitenhaven, dank zij het vele baggeren, op haar wettelijke diepte was. Ue vaartuigen stootten echter toch. Bij eenige zee of deining en met een Oostelijken wind en slechte tijen bleven velen langer of korter aan den grond zitten en moesten zij dan door de sleepbooten worden vlot gesleept. Gedurende het geheele jaar waren 2 baggervaartuigen in de haven aanwezig, waarvan één voor rekening van het Rijk, 'oor rekening van de Gemeente werd gebaggerd in de oinnenvoorhaven, de binnenhaven en vóór de hellingen. Ue uitkomsten der haringvisscherij waren zeer uiteenloo- pend. De gemiddelde besommingen van de bommen beliep boiio.- en die (jer loggers f 13.300—. 'ooral onder de loggers was er een enorme schommeling ln de besommingen, die liepen van f 5000.— tot f 23000.—. Het nettenverlies was deze teelt niet aanzienlijk. Gedurende de haringvisscherij (de buitenhaven was toen 76 loggers en 54 bommen tegen 66 62 in 1911. 63 69 1910. 75 76 1909. 95 72 1908. weder het tenminste toeliet, dagelijks ter vischvangst gingen. Het aantal vletten vermindert echter geleidelijk en deze visscherij, welke een zeer gevaarlijk bestaan oplevert, heeft weinig levensvatbaarheid. De eigenaars en opvarenden dezer vletten gingen in den zomer op de loggers en bommen ter haringvisscherij, waarom zij hunne vaartuigjes opborgen, deels op de verhuurde sleep- helling, deels op de erven in het dorp. Het grootste aantal schokkers, dat op een etmaal binnen kwam, bedroeg 55 en wel op den 18den Juli. Een 12tal jachten, welke dan nog slechts kort in de haven verbleven, maakte van de haven gebruik. Den 7den Maart kwamen reeds de eerste vaartuigen, welke in andere havens overwinterd hadden, naar hier om uitge- rust te worden voor de haringvisscherij. Totaal kwamen voor dat doel naar hier: 23 loggers en 22 bommen tegen respectievelijk 24 loggers en 16 bommen in 1911, 21 en 16 in 1910. Met de vaartuigen, welke alhier overwinterd hadden, en de trawlvaarders, welke na beëindiging van die visscherij hier werden uitgerust, lagen voor dat doel in de haven: VERSLAG DER VISSCHERSHA VEN. n n n n

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1912 | | pagina 539