I 5 18 16 van Dr. Fürstner, die zyne indiensttreding door den niet minder dan 84710 bedraagt, dat is ruim 44°/o van het geheele aantal verpleegdagen (192219) in de gemeente ziekenhuizen. Ten zeerste moet daarom worden toegejuicht het feit, dat thans voorbereidende maatregelen worden ge troffen, welke zullen kunnen leiden tot de stichting van een tweede gemeente-ziekenhuis, waarmede voor goed een einde zal worden gemaakt aan een thans voortdurend plaatsgebrek. In het laatst van 1912 werd een begin gemaakt met den bybouw van een vleugel aan het nieuwe gedeelte van het thans bestaande ziekenhuis, waardoor twee groote zalen zullen worden verkregen voor de verpleging van heelkun dige patiënten en een zaal, welke ingericht zal worden als Zander-instituut. Een belangrijke uitbreiding had plaats van het laborato rium, dat niet meer bleek te kunnen voldoen aan de daaraan gestelde eischen. Meerdere kamers werden bijgebouwd voor bacteriologisch onderzoek en mikroskopie. In het personeel hadden de volgende mutaties plaats. In plaats van Dr. van Hamel, die tegen 1 Mei eervol ont slag had aangevraagd en verkregen werd benoemd Dr. G. Rademaker. Dr. A. Hendriks en Dr. B. D. de Haas, die op ultimo December hun ontslag hadden verzocht werden ver vangen door de heeren W. Roosenburg en Langemeyer. Op 1 Maart trad als 2e patholoog-anatoom in functie de heer Dr. R. R. Rochat als opvolger ons reeds zoo spoedig dood was ontvallen. Onze portier Rattink en diens echtgenoote verlieten op 15 Januari het Ziekenhuis, nadat zy gedurende meerdere jaren met vlyt en toewyding hunne moeitevolle betrekking hadden waargenomen. Aan beiden werd een pensioen toe gekend. Zy werden vervangen door M. Vermeule en echt genoote, die op 1 Januari werden aangesteld. Op 31 Dec. legde de heer den Heyer zyne betrekking neer als onderwijzer der zieke kinderen in het gemeentezieken huis, nadat hy gedurende 40 jaren als zoodanig was werk zaam geweest. Als zyn opvolger werd aangesteld de heer C. A. Bakker. In de plaats van Mej. de Korte, die van af de opening van het Röntgen-laboratorium daarin werkzaam was geweest werd als leider van dat laboratorium aangesteld Dr. M. Molt, welke zich uitsluitend met die tak van wetenschap bezighoudt- In het verplegingspersoneel hadden zooals altyd en overa groote mutaties plaats. By het examen afgenomen door iw Haagsche Comité ter opleiding tot Ziekenverpleging ver wierven het diploma van ziekenverpleegster de volgend1 leerling verpleegsters VERSLAG GEMEENTEZIEKENHUIS.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1912 | | pagina 588