83
Vin.
Ontsmettingsdienst.
Openbare Reinigings- en
bevindingen dezer onderzoekingen is aan den
mededeeling gedaan.
Bij deze onderzoekingen is gebleken, dat het gehalte aan
keukenzout regelmatig steeg, terwijl in December 1911 het
chloorgehalte uitgedrukt in milligrammen chloorion (Cl1) per
Liter 344 mg. (d.i. uitgedrukt in mg. keukenzout 567) be
droeg, was dit tegen het einde van dit ,jaar gestegen tot
621 mg. (of 1025 mg. Na Cl.) per Liter. Hiermee in overeen
stemming was de geconstateerde toename van den verdam-
pingsrest van het water, dat in het eind van het jaar reeds
ongeveer 1500 mg. per Liter bedroeg. Uit deze gegevens
was afteleiden, dat het bronwater op het Openbaar Slacht-
Iraisterrein na ongeveer 8 it 10 maanden ongeschikt zou zijn
als drinkwater, uitsluitend omdat het gehalte aan keukenzout
te groot was.
Op te merken valt nog, dat in de overige bestanddeelen
van het water geen toename van eenige beteekenis is waar
genomen.
Bij het bacteriologisch onderzoek bleek het water regel
matig arm aan bacteriën, terwyl coliorganismen daarin
nimmer werden aangetoond.
Voorts werden door den directeur van het Slachthuis ter
onderzoek ingezonden
negen monsters steenkool.
'au elk dezer monsters is bepaald het watergehalte, de
I '^brandingswarmte, het gehalte aan totaal zwavel en aan
Vluchtige zwavel.
In den loop van dit jaar werden ter onderzoek ingezonden
i 'lo navolgende artikelen
i een monster witte verf,
drie monsters brandspiritus,
monster azijn,
monster oleine,
monster sel de sonde,
monster savonine,
munster ammoniak,
i met vlekken.
een
een
l een
I ten
deken
(Jan de
Reteur
ten
VERSLAG KEURINGSDIENST VAN EET- EN DRINKWAREN. 20
