21
Mede blijkt dit, ten opzichte van den electrischen sproei
wagen uit het navolgende staatje:
1909
1910
1911
1912
48
85
108
61
29
4
14
15
11
3.690.- K.M.
4.431.4
6.426.3
3.039.2
In vergelijking met het vorige jaar, werd dit jaar volgens
bovenstaande opgave weinig gesproeid. Kenmerkte zich het
jaar 1911 door een buitengewoon drogen en warmen zomer,
zoo was in 1912 de weersgesteldheid zeer afwisselend. Van
half April tot einde Mei werd vrij geregeld, hoewel nog niet
op volle sterkte, dagelijks gesproeid. Toen volgde tot bijna
half Juni een regenperiode, waarin niet gesproeid werd;
daarna tot einde Juli een constant droog tijdperk, waardoor
dagelijks op volle sterkte moest worden uitgerukt, terwijl
de maand Augustus en een deel van September een zoo
danige aaneenschakeling waren van regendagen, dat feitelijk
met einde Juli het sproeiseizoen als geëindigd kon worden
beschouwd. Vandaar het zeer geringe waterverbruik.
Wat betreft de vergoeding die aan de Duinwaterleiding
betaald wordt voor verbruikt water, zy opgemerkt, dat, niet
tegenstaande het mindere waterverbruik (volgens bovenstaande
°Pgave rond 43000 kub. meter) bij de tegenwoordige manier
van berekening ad f 1.25 per Are, door dezen dienst f 1.530,535
meer betaald is moeten worden dan het vorige jaar, alleen
°P grond van uitbreiding van het oppervlak der gemeente,
^gezien nog van de omstandigheid dat het waterverbruik
'J gelijke behoefte aan besproeiing in de toekomst nog
®inder zal worden wegens de meerdere toepassing van
c loorcalcium en afgezien van de moeielijkheid om het
oppervlak dat voor besproeiing in aanmerking moet wor-
ee ge')lac^t nauwkeurig vast te stellen bewijst dit jaar dat
w onzuiverder maatstaf voor de berekening van sproei-
er bezwaarlijk ware te vinden; uit een oogpunt van
Afgelegde weg.
Zondagen.
Werkdagen.
JAREN.
e
n
n
SPROEIEN.