24 4 VERSLAG GEMEENTEMUSEUM. Toestand van het Gebouw. Weder bleek dat de toestand van het dak voorziening eischt, om bij sneeuwval van eenige beteekenis doorstuiven van sneeuw en doorlekken van sneeuwwater te voorkomen. Deze aangelegenheid is onder de aandacht van de Directie der Gemeentewerken gebracht. Aan de eens witte muren en zolderingen van trappen en portalen werd een lichtgroene tint gegeven, wat het alge meen aanzien zeer verbeterde. Toestand van de Verzamelingen en van het Archief. Reeds langen tijd bezat de Commissie de overtuiging, dat zoowel uit het oogpunt van welstand als van ruimtegemis, veel veranderd moest worden in het systeem van tentoon stellen der verschillende verzamelingen. Het optreden van een nieuwen Directeur gaf aanleiding tot voorstellen daartoe. Nadat, de door den Directeur met prijslijken spoed ingediende voorstellen, de goedkeuring onzer Commissie hadden verworven, werd de indeeling der zalen gewijzigd, aan sommige eene andere bestemming ge geven, evenals aan de wandvlakte in gangen en portalen. In de eerste plaats werden alle langs mechanisch-repro- dructieven weg verkregen voorwerpen van de wanden verwijderd. Voor zoover het prenten en fotografiën betreft zullen zij uit de lijsten genomen en in den Historisch-Topo- graphischen atlas geborgen worden. Voor zoo ver het afgiet sels betreft, zijn zij in depót gesteld, in afwachting van de eventueele totstandkoming eener afdeeling voor afgietsels. Ook de tentoongestelde teekeningen werden verwijden!, ter opneming in den atlas, vooral om ze beter te coiiser- veeren. Dan werden in depót gebracht, totdat meer ruimte voor het tentoonstellen verkregen zal zijn, de schilderijen, welke noch van Haagsche meesters zijn, noch op ’s-Gravenhage onze vergadering van 4 Mei d.a.v. werd hij als zoodanig geïnstalleerd. By besluit van B. en W. van 31 Mei 1912 werd met ingang van 1 Juni 1912, voor den tyd van één jaar, benoemd tot Onderdirectrice mejuffrouw I. C. E. Peelen, tot dusver werk zaam in het Rijks-Museum te Amsterdam. Naar aanleiding hiervan werd het Reglement op den Inwendigen Dienst aangevuld met eene instructie voor de Onderdirectrice en werden in verband daarmede verschil lende artikelen herzien. B. en W. stelden bij besluit van 23 December 1912 dit nieuwe reglement vast.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1912 | | pagina 814