36 toekomen de gevraagde ge- HOOFDSTUK IV. D. Begraafplaatsen. Hieromtrent hebben wy niets bijzonders mede te deelen. 15 ningen voor deze soort van inrichtingen verleend en 4 ver gunningen geweigerd. Zeven vergunningen kwamen te ver vallen op grond dat de inrichting niet binnen den gestelden termijn voltooid en in werking was gebracht en drie aan vragen om vergunning werden door de belanghebbenden ingetrokken. Op ons tot Burg, en Weth. in het vorig verslagjaar gericht verzoek om een opzettelijk onderzoek te doen instellen naar het aantal en de ligging der perceelen, waarin zonder ver gunning eene inkoop- of bewaarplaats van lompen, been deren of vellen wordt gehouden, mochten wij tot nu toe geen antwoord ontvangen. De Hoofdinspecteur deed ons gevens omtrent de ten opzichte der hierbedoelde inrichtingen in Frankrijk, Engeland, Duitschland en België geldende "etteljjke bepalingen. Deze gegevens werden gesteld in handen der Sub-Commissie voor het onderzoek van het vraagstuk der lompen- en beenderenbewaarplaatsen. Volkshuisvesting. A. Uitvoering van het Uitltreidtngsplan. Aan Burgemeester en Wethouders werd op 29 Maart 1912 aangaande een voorstel van de Commissie vooi e verordeningen tot vaststelling van eene verordening aanvulling der Bouw- en Woon verordening, en van ee verordening, betreffende het bebouwen van gronden, we e °P het plan van uitbreiding zyn aangeduid als „v i apar het navolgend advies uisgebracht: I. De verordening tot aanvulling van art. 10 Bouw- en Woonverordening is noodig om eene bou vergunning te kunnen weigeren, ook wanneer het bouw Plan niet mocht voldoen aan de voorschriften, verva in de verordening op de „Villaparken’ VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1912 | | pagina 985