By lage 47
bevoegd tot het docee-
ren van Latijn, Grieksch
en Geschiedenis
VERSLAG omtrent den toestand van het Christelijk
Gymnasium te s-Gravenhaye in het jaar 1913.
In het College van Directeuren der Vereeniging voor
Christelijk Voorbereidend Universitair Onderwijs, gevestigd
te Utrecht, waarvan genoemd gymnasium uitgaat, kwam in
het jaar 1913 verandering door het aftreden van den heer
Jhr. Mr. L. H. J. M. van Asch van Wjjck, in wiens plaats
werd gekozen de heer J. P. C. ten Geusendam. In het
College hebben thans de volgende heeren zitting
J. N. Baron Schimmelpenninck van der Oye van Hoe
velaken, te Hoevelaken, Voorzitter;
J. S. F. van Hoogstraten, te Arnhem, Tweede Voorzitter;
Mr. J. Schokking, te Leiden, Secretaris;
J. P. C. ten Geusendam, te Achttienhoven, Penningmeester;
Dr. B. van Meer, te Apeldoorn
Jhr. Mr. F. H. Radermacher Schorer van Nieuwerkerke, te
Utrecht;
D. J. Middelbeek, te Utrecht.
De vacature in het College van Curatoren van het Chris
telijk Gymnasium te ’s-Gravenhage, ontstaan door het aftreden
van den heer Jhr. S. van Citters, te Arnhem, werd vervuld
door de benoeming van den heer Mr. Caesar Voute te ’s-Gra
venhage. Het Curatorium is thans samengesteld uit de heeren
Mr. H. A. van de Velde, Voorzitter;
Mr. R. van Veen, Tweede Voorzitter;
Dr. E. J. W. Posthumes Meyjes, Secretaris;
Dr. G. A. Hulsebos;
Mr. Caesar Voute.
Het leerarenpersoneel werd met 1 September 1913 uitgebreid
door de benoeming van Mejuffrouw M. W. Barger, eandidaat
in de wis- en natuurkunde te Utrecht, tot tijdelijke leerares in
de Wiskunde. Het onderwijs werd gegeven door de volgende
heeren en dames:
Dr. E. H. Renkema, Rector,
Dr. W. F. Stutterheim, Conrector,
Dr. A. G. Wientjes,
Mej. Dr. M. G. F. Renkema,
J. Wille, bevoegd tot het doceeren van Nederlandsch,
Geschiedenis en Aardrijkskunde;
