53 128 4. Leerlingen en onderwijs. Coëducatie vinden wjj vermeld op 31 scholen; uitsluitend mannelijke leerlingen kwamen voor op 16 scholen, terwijl 17 scholen alleen vrouwelijke leerlingen telden. Op 1 jongensschool vonden 6 meisjes een plaats; op 2 meisjesscholen genoten 5 jongens onderwijs. De scheiding tusschen mannelijke en vrouwelijke leerlin gen bleef op alle K.-K. scholen gehandhaafd, uitgezonderd op 3, waarvan 2 reeds het vorig jaar werden gemeld. Vermeerdering tot een maximum van 50 leerlingen valt te vermelden op 30 scholen, vermindering daarentegen werd vastgesteld op 10 scholen met 3 tot 39 leerlingen. De totaalbedragen treft men aan in Hoofdstuk 1 (bladz. 6) van dit Verslag. Standvastig of nagenoeg onveranderd bleef het getal leer lingen, volgens de opgaven der hoofden, op 21 bijzondere scholen. Alleen onder den schooltijd wordt op geen enkele school gecorrigeerdonder en na de lesuren op 39 en na de lessen op 15 scholen. Van 10 scholen kwamen geene opgaven in. Over ijver, plichtsbetrachting en geschiktheid van hoofd en personeel zijn de sub-Commissies zeer tevreden; een enkele maal bovendien wordt met bijzonderen lof getuigd. Van een vrouwelijk hoofd schrijft de betrokken sub-Com- missie: prachtig, zjj is bijna 80 jaar. De Commissie, hoewel grooten eerbied hebbende voor ijver, plichtsbetrachting en geschiktheid van dit bijna 80-jarig hoofd, vraagt zich toch af, of het niet gewenscht ware, dat zij voor eene jongere leerkracht plaats maakte. Wat de correctie van het schriftelijk werk betreft, deze is op verreweg de meeste scholen zeer goed. Het praedicaat „tamelijk” of „vrij wel” komt zeer zelden voor. VERSLAG LAGER ONDERWIJS.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1913 | | pagina 1434