I
I
I
59
a
i
8
VERSLAG BEWAARSCHOOL-AKTE-EXAMENS.
in het programma genoemd, weinig te wenschen over. Als
de beantwoording der vragen eigen nadenken eischte of
eene eenvoudige toepassing van het geleerde gevraagd
werd, bleek dikwijls een helder begrip te ontbreken en was
het antwoord wel eens een van buiten geleerde les.
Voorbeeld van een examen.
Waardoor voelt ijzer koud aan en hout niet, al hebben
heide stoffen dezelfde temperatuur? Hoe is ’t in dat opzicht
met water? Is water eene goede warmtegeleider? Hoe be
paalt ge de temperatuur? Welke soorten thermometers
kent ge? Hoe maakt men een schaal bij een kwik-thermo-
meter’ Is het bolletje van een thermometer gemakkelijk te
vullen? Welke verschijnselen doen zich bij ’t koken van
water voor? Kookt het water op een Imogen berg ook bij
KM)’ C..’ Waardoor niet? Hoe kunt ge een barometer ma
ken? Waar is de drukking binnen en buiten de buis van
een barometer gelijk? Bij welke werktuigen vindt de druk
king der lucht eene toepassing?
REKENEN.
De uitkomsten van het examen waren, voornamelijk door
den invloed van het schriftelijk werk, niet zeer gunstig.
De opgegeven eenvoudige vraagstukjes leverden voor vele
candidaten nog groote moeilijkheden op. Vooral no. 1 en 4
waren oorzaak, dat ’t cijfer voor ’t schriftelijk werk van
vele candidaten beneden voldoende bleef.
’t Mondeling examen liep over: uitspreken van getallen,
de betrekkelijke en volstrekte waarde der cijfers, het her
leiden van maten en gewichten en het maken van eenvou
dige vraagstukjes, waarbij door ontbinding der getallen
gemakkelijke oplossingen uit ’t hoofd waren te geven.
Door dat deel van liet examen kon het meerendeel der
candidaten een voldoend eindcijfer behalen. Waar bleek,
dat ’t uitspreken van eenigszins groote getallen en de ken
nis van maten en gewichten nog te wenschen overliet, werd
het eindcijfer meestal lager dan ’t cijfer voor ’t schriftelijk
werk. Ook bij candidaten, die wel in staat waren de ge
vraagde herleidingen vlot uit te voeren, bleek nog te
dikwijls dat zij niet wisten dat er verband is tusschen
maten, munten en gewichten.
SPREKEN.
Het onderzoek in dit vak liep, zooals in het programma
is omschreven, over de kennis, welke de candidaten bezaten
van de vorming der verschillende klanken en over de
methoden, om jongen kinderen klanken en woorden goed
te leeren uitspreken.