•206
Landstorm.
c.
a.
45
36
4
4
-
4
b.
273
133 verlofgangers van de Landweer vertrokken in
1913 naar andere gemeenten, terwijl 153 zich alhier
vestigden.
De verlofgangers van de Landweer zijn in 1913 niet
voor herhalingsoefeningen onder de wapenen geroepen.
die in de tweede zitting van den
Militieraad van den dienst bij de
Militie zijn vrijgesteld wegens
broederdienst,
die wegens kostwinnerschap van
den dienst bij de Militie tijdelijk
zijn vrijgesteld,
die hebben deelgenomen aan de
loting voor de Militie en niet zijn
aangewezen om daarbij te worden
ingelijfd,
die reeds in andere gemeenten
voor den landstorm waren inge
schreven en zich in deze gemeente
vestigden,
die als vrijwilliger den dienst
hebben verlaten en hun 40ste
levensjaar nog niet hadden vol
bracht,
die na volbrachten dienst bij de
landweer uit den dienst zijn ont
slagen,
totaal 102 personen, van wie uitsluitend kan worden
gevorderd ongewapende dienst;
115 personen, die na volbrachten dienst bij de
Militie uit den dienst zijn ont
slagen,
die na volbrachten dienst bij de
De verplichtingen ten aanzien van den landstorm
zijn geregeld bij de Wet van 28 April 1913, Staatsblad
no. 149.
De „Landstormwet” is in werking getreden 24 Mei
1913, en volgens de bepalingen dier wet zijn in 1913
in deze gemeente ingeschreven
10 personen,
n
r
7?
n
V