11
getreden, doordien de geheele hoofdader met bijbehoorende zy-
spranken onafgebroken stroomend kunnen gehouden worden.
Door deze inrichting zal niet alleen in ruime mate kunnen
voldaan worden aan de behoefte van het verbruik, maar
tevens een verhoogd peil worden verkregen in het voorste
gedeelte van de watervang, waaruit verreweg het grootste
gedeelte van het tot nu toe verbruikte (c.a. 200 millioen M3.)
water werd verkregen sedert de Duinwaterleiding op 24 Oc
tober 1874 in exploitatie werd gebracht.
Aan het einde van het jaar werd een aanvang gemaakt
met de voorbereidende maatregelen voor de uitvoering der
werkzaamheden ten behoeve van den definitieven aanleg
van de tusschen 1885 en 1889 voorloopig gelegde draineer-
inrichtingen in de nabijheid van den Wassenaarschen slag.
Door deze werken zal het watergevend vermogen van de
Duinwaterleiding gebracht worden op minstens gemiddeld
60.000 M3. met een tóe te laten maximum verbruik van
90.000 M3. in 24 uren.
Tevens -werd geregeld voortgegaan met de werken voor
de inrichtingen tot waarneming van den hydrologischen
toestand van den duinbodem.
Daardoor zal het mogelijk zijn het tijdperk vast te stellen,
waarop in de toekomst eventueel een verhoogd zoutgehalte
mocht zijn te constateeren in de zóne tusschen 50a 60 M. D.P.
Mocht dit, in eene verre toekomst, ooit plaats vinden, dan
zal daarna zeker nog eene lange reeks van jaren verloopen
voor deze verhooging van het normale zoutgehalte de mid
delen tot wateronttrekking in het alluvium op eene diepte
van 17*/2 a 20 M. D.P. bereikt, en mocht dit eens werkelijk
geschieden, dan heeft men nog een tweede tydperk af te
wachten, dat dit zoutgehalte van 35 m.G. chloor per Liter
is geklommen tot 500 m.G. chloor per Liter, voordat men
kan zeggen, dat het verbruik te groot is.
Tot nu toe is na eene exploitatie van byna 40 jaren op
eene diepte van 55 a 60 M. D.P. het normale zoutgehalte
van 35 m.G. chloor per liter constant gebleven, zoodat dus
naar alle waarschijnlijkheid minstens een tijdvak van den
viervoudigen duur zal heengaan voordat het zoutgehalte
van 500 m.G. chloor per Liter, dat thans op eene diepte
van meer dan 100 M. D.P. wordt gevonden, tot 17'ƒ2 M.
D.P. zal zijn gerezen.
De waarnemingsposten zullen alle eventueele veranderingen
in de scheikundige samenstelling van het water dadelijk
aangeven, zoodat men tegen verrassingen gewaarborgd is.
De uitkomsten der waarnemingen worden voor dat doel
maandelijks in een register opgeschreven.
De posten zijn zoodanig ingericht, dat de vertind koperen
2
VERSLAG DER DUINWATERLEIDING.