54
HOOFDSTUK V.
Gemeente-eigendommen. werken en inrichtingen.
A.
Schouwburg.
Eigendommen, niet bestemd voor den
publieken dienst.
Het gebouw, dat op 31 Maart 1912 wTegens brand
gevaar werd gesloten, bleef ook gedurende het jaar
1913 nog buiten gebruik.
In de Raadsvergadering van 8 April werd aangenomen
een motie van het Raadslid Hoejenbos, waarbij voor
gesteld werd, door een Commissie van deskundigen
(geen ambtenaren in dienst der Gemeente) te doen
onderzoeken, welke veranderingen de Schouwburg zou
moeten ondergaan, teneinde aan redelijke eischen van
een veilig en doelmatig gebruik te voldoen.
In de Raadsvergadering van 29 September werd
besloten tot verbouwing van den Schouwburg, volgens
het door bedoelde Commissie, bestaande uit de heeren
H. A. van IJsselsteijn alhier, Prof. J. F. Klinkhamer te
Delft, J. Meier te Amsterdam, J. A. G. van der Steur
alhier en J. Verheul D.zn. te Rotterdam, daartoe opge
maakt plan. Ingevolge dit Raadsbesluit moesten het
voorstel van de Raadsleden Jurriaan Kok c.s. om een
nieuwen Schouw burg te bouw’en aan de Stadhouderslaan,
het voorstel van de SchouwTburg-Commissie tot stichting
van een nieuwen Schouwburg aan het Korte Voorhout,
De herschattingen werden verricht door de heeren
J. Bodaan en G. van Veen.
Herschatting werd gevraagd dooi’ 9 personen, terwijl
bij den G emeentenraad geen verzoeken om vermindering
van den aanslag in het vergunningsrecht werden in
gediend.
Het oorspronkelijk geschatte vergunningsrecht ver
minderde door de herschatting als volgt:
voor 7 perceelen met f 12.50 per perceel,
1 perceel - 25.
terw’ijl voor 1 perceel de eerste schatting bleef ge-
gehandhaafd.