By lage 18^
VERSLAG van den Gemeentelijken Geneeskundigen
Dienst over het dienstjaar 1913.
Aan Heeren Burgemeester en Wethouders
’s-Gravenhage.
Ingevolge artikel 18 van de desbetreffende Verordening
(Verz. 1913 No. 13) heb ik de eer Uw College hierbij aan te
bieden een Verslag van de verrichtingen van den Genees
kundigen Dienst, het tweede verslag dat omtrent dien dienst
wordt uitgebracht.
Bestond er by de samenstelling van het eerste verslag een
bepaalde aanleiding om aan de vermelding der opgedane
ervaringen en der verkregen resultaten een beknopte be
schrijving van de beide onderdeden van den dienst, de
Eerste geneeskundige hulp en het Geneeskundig toezicht
op de ambtenaren, beambten en werklieden in Gemeente
dienst, te doen voorafgaan, zoo ontbreken hiervoor thans
de motieven.
Want wel werden in 1913 alle voorbereidingen getroffen
ten aanzien van de reorganisatie van de Geneeskundige
armenzorg en heeft dit jaar ons de nieuwe Verordening op
den Geneeskundigen dienst gebracht met als gevolg een
belangrijke uitbreiding van het arbeidsveld, maar het in
werking treden van dit nieuwe onderdeel, waaraan nog eenige
andere regelingen zyn vastgeknoopt, moest tot 1914 worden
verschoven, zoodat hiervan eerst in een volgend verslag
een nadere beschrijving kan worden gegeven.
Het eenige, waartoe nog in 1913 kon worden overgegaan,
was de benoeming van zes behandelende geneeskundigen,
die den 1 December in Gemeentedienst traden om zich ge
leidelijk in den bestaanden toestand te kunnen inwerken en
tevens volledig op de hoogte te komen van de taak, die
hun weldra te wachten zou staan. Dit had ten gevolge, dat
by den overgang des jaars het werk van de aan het Bur-
gelijk Armbestuur verbonden gemeenteartsen kon worden
overgenomen zonder dat dit ook maar tot de geringste
stoornis aanleiding heeft gegeven.