26
16
VERSLAG BURGERLIJK ARMBESTUUR.
van het Burgerlyk Armbestuur zijn gekomen, wordt in het
volgende jaarverslag gehandeld.
Voorts werd ter voldoening aan artikel 89 der nieuwe
Armenwet, een nieuw Reglement op het Burgerlijk Armbe
stuur ontworpen en bij Burgemeester en Wethouders inge
diend. Dit ontwerp werd den 25 Augustus door den Ge
meenteraad vastgesteld.
De inhoud van dit ontwerp-reglement, waarmede Burge
meester en Wethouders zich konden vereenigen, is, wat
betreft de drie eerste afdeelingen, in hoofdzaak gelijklui
dend aan de bestaande Verordening op het Burgerlijk Arm
bestuur, (Verz. no. 506).
Alleen werd een wijziging gebracht in de samenstelling
en de benaming van het personeel, dat het Burgerlijk
Armbestuur bijstaat, en de regeling der jaarwedden van
dat personeel niet in het Reglement opgenomen, omdat
die jaarwedden in een afzonderlijke verordening zullen
worden geregeld.
In een vierde afdeeling getiteld: „Over geneeskundige
armenzorg”, zijn ondergebracht de bepalingen ten aan
zien van hen, die voor bedoelde verzorging in aanmerking
komen.
Deze regeling strekt ter uitvoering van de 2e alinea van
artikel 17 der nieuwe Verordening, op den Gemeentelijken
Geneeskundigen Dienst, vastgesteld 6 Juni j.L, en tevens
ter aanvulling van die Verordening.
De inhoud van deze afdeeling is grootendeels ontleend
aan de Verordening regelende de Geneeskundige hulp, die
vanwege de Gemeente wordt verstrekt, (Verz. 1896 no. 8),
welke Verordening bij de in werking treding van eerstge
noemde Verordening vervalt.
Naar aanleiding van een adres aan Gedeputeerde Staten
van het Raadslid A. C. A. van Vuuren, opkomende tegen
de uitsluiting (in artikel 3 van het Reglement) van het
lidmaatschap van het Burgerlijk Armbestuur van de be
sturen der kerkelijke instellingen van Weldadigheid,
maakten Gedeputeerde Staten bezwaar, hunne goedkeuring
te verleenen. Nadat bij Raadsbesluit van 29 December 1913,
artikel 3 zoodanig was gewijzigd, dat bestuurders van in
stellingen, bedoeld bij artikel 2, litt. b. c. en d. der Armen
wet, die huiszittende armen ondersteunen, geen leden van
het Burgerlijk Armbestuur kunnen zijn, werd bij besluit
van 12/17 Januari 1914 no. 94, het nieuwe reglement door
Gedeputeerde Staten goedgekeurd.