28 14 Te Amsterdam waren die cijfers in de jaren 1907 1908 1909 1910 1911 1912 1913 4,24 1907 1908 1909 1910 1911 1912 1,80 1,80 1,52 2,40 1,52 28,29 35,50 33,23 35,90 22,95 27,78 21,55 2,55 3,53 1,93 -,70 2,13 2,23 2,10 Het aanzienlek bedrag aan overschot op verkochte panden wyst er op dat de taxatie alhier nog meer in overeenstemming dient gebracht te worden met de resultaten die niet alleen by de veilingen worden verkregen, doch ook in den zoogenaamden „winkel” waarin de panden worden gedeponeerd, die by de eerste veiling zijn opgehouden en waarvan aldaar nog een groot aantal zonder verlies wordt verkocht. De ambtenaren, met de beleening belast, behooren meer in te zien het belang dat voor de Bank en voor hen zelf is gelegen in het oordeelkundig opvoeren der beleentax en waarop zij reeds meermalen door den Directenr zijn gewezen. Mocht het verlies door eene hoogere taxatie al iets stygen, dan wordt dat toch vergoed, en misschien zelfs tot een hooger bedrag, uit het hun toegekende percentage van de rente van dat meerder uitgezet of beleend kapitaal. Immers wordt nog geen 3 °/o van de beleende panden verkocht terwijl by eene hoogere beleening alle panden meerdere rente geven. Ofschbon de opgave voor het jaar 1913 reeds op verbete ring wyst, is het verschil met de bovengenoemde uitkomsten alhier en te Amsterdam verkregen, nog steeds opvallend groot. In dit jaar werden verkocht 367 opgehouden Goud en Zilverpanden ad f 1.867,50 en 586 Linnen, wol en diverse panden ad f 2.808,25. Bij den onderhandschen verkoop, in den winkel, werden daarvan alsnog, zonder verlies, verkocht 259 Goud- en Zilver panden ad f 865,en 299 Linnen, wol en diverse panden ad f 1.385,—. Van de overige, die tot elk bod werden toegewezen in 10,11 17,05 16,30 15,83 12,77 17,74 VERSLAG DER GEMEENTEBANK LAN LEENING. n Verlies. r> Overschot. n Verlies. Overschot.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1913 | | pagina 943