36 19 Wethouders reeds spoedig stappen gedaan ter uitvoering van het principieel Raadsbesluit van 6 Juli in zake de volkshuisvesting. Twee voorstellen tot woningbouw van Gemeentewege en één tot het verleenen van voorschot aan een bouwvereeniging werden om advies in handen onzer Commissie gesteld. In het eerste geval stelde het Gemeentebestuur voor, het bestaande complex gemeentelijke woningen aan het Kolenwagenslag uit te breiden door bijbouw van 40 huizen, bevattende 81 woningen. Het bouwplan ging uit van de gedachte, aan de woningen, met beperking zooveel doenlijk van de bouwkosten, een zoo groot mogelijk nuttig effect te geven voor de bevolking, welke zij zouden moeten herbergen. Voorts werd gerekend met de behoefte om vooral woonruimte te scheppen voor groote gezinnen, voor welke het vinden van een passende woning het moeilijkst is. De huren zouden worden gesteld op f 1,75 tot f2,50. Aan het Rijk zou worden gevraagd om een voorschot groot f 163.400,en een bijdrage van de helft van het jaarlijksch nadeelig saldo, welk laatste werd geraamd op f 3.844,zijnde het verschil tusschen de lasten ad f 12.939,73 en de huuropbrengst ad f 9.095,73. De Commissie kon zich in hoofdzaak met het plan vereenigen en drong alleen aan op enkele wijzigingen van ondergeschikten aardmeerdere bergruimte, beter verlichte trapportalen, schuivende bovenlichten der ramen, verandering van het type van twee panden, die op minder doelmatige wijze achter de rooiïng terug gelegd zouden worden. Burgemeester en Wethouders verklaarden, in hun voordracht aan den Raad, dat de wenken der Commissie zooveel mogelijk zouden worden gevolgd; alleen de verandering van het type der twee bedoelde panden ontmoette bezwaar wegens de kosten. Het voorstel werd door den Raad zonder hoofdelijke stemming aangenomen Het tweede voorstel, dat de Commissie bereikte, was dat tot den bouw' van 86 huizen, bevattende 172 wo- VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE. 1 Sedert is, bij Koninklijk Besluit van 22 Januari 1915, aan de •«eineente liet gevraagde voorschot verleend en een jaarlijksehe bij drage, aanvankelijk tot een maximum van 1315.37s, toegekend.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1914 | | pagina 1168