36 20 ningen, aan de overzijde van het Afvoerkanaal. Het thans ingezonden plan strekte ter vervanging van dat, waarover de Commissie in 1913 had geadviseerd (zie Verslag over 1913, blz. 25 e. v.). Terwijl het oorspronkelijke plan de instemming der Commissie niet mocht verwerven, kon zij zich met het gewijzigde ontwerp in hoofdzaak zeer wel vereenigen. De veranderingen, bij de omwerking aangebracht, sche nen haar toe belangrijke verbeteringen te zijn. Alleen gaf zij een wijziging in de indeeling der ontworpen w’inkelwoningen in overweging. Zij vestigde voorts de aandacht op het bezwaar, dat de buitenmuren, geheel blootgesteld aan de Noordw’estelijke en Zuidwestelijke zeewinden, veel van vocht zouden te lijden hebben en wees, in verband daarmede, op de w’enschelijkheid van een wijziging der bouwverordening, waardoor het mo gelijk zou worden, de buitenmuren te doen bestaan uit twee halfsteensmuren met spouw. Ten slotte herinnerde zij aan haar vroeger betoog, dat het aanbeveling zou verdienen, te zijner tijd het beheer van en het toezicht op de te verhuren woningen, zoomede het voorafgaand onderzoek der gezinnen, op te dragen aan een behoorlijk voor haar taak opgeleide woningopzichteres. Burgemeester en Wethouders verklaarden, met de opmerking der Commissie in zake wijziging der indee ling van de winkelwoningen rekening te zullen houden. Ook dit voorstel van het Gemeentebestuur nam de Raad zonder hoofdelijke stemming aan. De huren ook van deze woningen zullen loopen van f 1,75 tot f2,50 per week. Gevraagd zal worden om een voorschot ad f332.000, van het Rijk, benevens een bijdrage ter grootte van de helft van het jaarlijksch nadeelig saldo, welk laatste wordt geraamd op f 5.836,80, zijnde het verschil tusschen de lasten ad f 24.510,95 en de huuropbrengst ad f 18.674,15. Ten slotte kwam bij de Commissie om advies een bouwplan van de Coöperatieve Woningbouwvereeniging „Luctor et Emergo”. Deze stelde zich voor, 114 arbei derswoningen te bouwen op een terrein, uitkomende VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE. Het gevraagde voorschot is aan de gemeente verleend bij Konink lijk Besluit van 9 Januari 1915, waarbij tevens een jaarlijksche bij drage, aanvankelijk tot een maximum van ƒ1685,85, is toegestaan.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1914 | | pagina 1169