36 38 Met de bewerking van het kaart-materiaal ten be hoeve der sterftecijfers over de jaren 19051914 werd geregeld voortgegaan. Bij de behandeling der begrooting kwam de vraag ter sprake, of ook over het volgend tienjarig tijdvak (19151924) de sterftecijfers door de Commissie zouden worden verzameld, bewerkt en uitgegeven. Besloten werd, op de begrooting de hiervoor in 1915 noodige gelden uit te trekken, doch inmiddels omtrent de bedoelde vraag in overleg te treden met het Gemeentebestuur. De vergadering bleek namelijk van meening, dat het ondernemen van een dergelijken statistischen arbeid minder ligt op den weg der Commissie dan op dien van een bureau, dat bepaald op het verrichten van zulke werkzaamheden is ingericht. Indertijd had de Gezondheidscommissie, als zijnde het eenige lichaam dat daarvoor in aanmerking kwam, dit werk, in overleg met het Gemeentebestuur, van het Hygiënisch Genoot schap overgenomen en, naar men vertrouwde, met goeden uitslag voortgezet. Thans echter bezit de Gemeente een eigen statistisch bureau, onder deskundige leiding. Aan het hoofd van dit bureau ware nu voortaan, zoo meende men, bet voortzetten van het bedoeld omvang rijk statistisch onderzoek het best toevertrouwd. Dezen gedachtengang volgende, besloot de Commissie aan Burgemeester en Wethouders in overweging te geven, de verzameling en bewerking der sterftecijfers over de jaren 1915 en volgende van Gemeentewege te het verstoren van de nachtrust door geluiden van honden en hanen, meende zij niet te moeten voldoen. De adressant had betoogd, dat voldoende nachtrust nood zakelijk is voor de gezondheid en dat bovendien de bewoners, die aan de bedoelde geluiden zijn blootge steld, des nachts de ramen der slaapvertrekken niet kunnen openen en zoodoende frissche lucht moeten missen. De Commissie meende echter, dat er, vooral waar art. 31 der Algemeene Politieverordening reeds voorziening heeft getroffen tegen nachtelijke hondenge luiden, voor haar bezwaarlijk aanleiding kon zijn, zich ter zake tot het bestuur der Gemeente te wenden. Van deze opvatting deed zij den adressant mededeeling. VERSLAG DER GEZOZDHEIDSOOMMISSIE.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1914 | | pagina 1187