Byiage 43 ’s-Gravenhage, 12 Februari 1915. De Directeur: C. A. Fock. NOTA omtrent het Koninklijk Zoölogisch Botanisch Genootschap. Zooals algemeen het geval was, drukten de tijdsomstan digheden ook zeer op het Genootschap. Het toetreden van nieuwe leden werd tegengehouden, het bezoek van vreem delingen in de maand Augustus was gering, de Zomercon- certen konden geen voortgang hebben, verhuur van zalen had bijna niet plaats. Het Genootschap heeft in de algemeene crisis veelmalen zyn steun verleend door kosteloos de zalen beschikbaar te stellen voor weldadigheids-uitvoeringen of aan het ontspan- nings-comité voor militairen. Bij de aankomst van de Bel gische vluchtelingen werden een 25 tal in de lokalen van het Hoofdgebouw opgenomen en verbleven daar gedurende eenige weken, totdat die localen voorden dienst van het tooneel moesten gebezigd worden. In aanmerking genomen den heerschenden toestand werd eene gepaste zuinigheid betracht en aankoopen voor de diergaarde en voor de plantenverzameling slechts in be scheiden mate gedaan, terwijl verbetering of vernieuwing van gebouwen tot het meest noodzakelijke werd beperkt. In de zalen van het Hoofgebouw werden in 1914 gehouden de Intern. Pluim- en Konijnententoonstelling van de Nederl. Vereeniging ,Avicultura”, eene Hondententoonstelling van wege de „Haagsche Kynologen-Club” en de Bloemententoon stelling van de vereeniging „Floralia”. Met welwillende vergunning van het Gemeentebestuur werd van 16 Mei1 Juni een Voorjaarsfeest in den tuin en in de zalen gehouden, welk feest een goed verloop had en door 60091 betalende bezoekers werd bezocht, terwijl de leden en hunne huisgenooten vrijen toegang hadden. Het ledental bedroeg op 1 Jan. 1915 1838. Laten wij hopen dat een meer normalen toestand in het ledental eene gewenschte stijging moge brengen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1914 | | pagina 1231