59
5
VERSLAG BEWAARSCHOOL-AKTE EXAMENS.
1.
2.
3
1.
2.
3.
LEZEN EN VERKLAREN.
OPSTEL (PAEDAGOGISCH.)
1—2*/».
Behandel één der onderstaande onderwerpen.
Schets de waarde, de inrichting en het gebruik van
een goede speelplaats eener bewaarschool.
Het versjesleeren in de bewaarschool: waarde
eischen, aan de versjes te stellen wijze van aanleeren
het duidelijk maken van moeilijke woorden en uit
drukkingen bekende verzen-bundeltjes.
Welke vaardigheden erlangen de kinderen op de be
waarschool en door welk onderwijs?
TEEKENEN.
21/r—4.
Al aak een zooveel mogelijk afgewerkte teekeuing van
één der volgende onderwerpen.
Een weg langs een vaart. Over de vaart ligt een brug;
in de vaart een bootje.
Een kamerwand met schoorsteenmantel; daarop een
pendule, klok of vaasjes.
Een openstaande werktafel, waarbij een stoel.
Het mondeling en practisch examen werd afgenomen op
23, 24, 25, 26, 30 Juni en 1 Juli in de Openbare Bewaarschool
aan de C. P. Tielestraat, en op 2, 3, 7, 8 en 9 Juli in de Open
bare Bewaarschool aan de De Jagerstraat, telkens te Rot
terdam.
In de volgende vakken werd geëxamineerd: a. lezen en
verklaren; b. rekenen en natuurkennis; c. zingen en spre
ken; d. paedagogiek en fröbelleer.
Ook moest iedere candidate een teekening op het zwarte
bord maken en een les voor een klasse geven in fröbelen,
spelen en vertellen.
Voor de vakken lezen en zingen, voor de fröbelles en het
spelen werd telkens 10 minuten, voor het vertellen 15 minu
ten tijd van voorbereiding gegeven.
Hieronder volgen de opmerkingen, waartoe het schrifte
lijk werk heeft aanleiding gegeven, benevens opgaven en
opmerkingen, betrekking hebbende op het mondeling en
practisch gedeelte van het examen A.
De Commissie constateert met genoegen, dat aan de
groote meerderheid der candidaten voor dit deel van het
examen 6 of hooger kon worden toegekend.