62 Buitenschool. Doovenschool. Waar de gemeente deze beide instellingen krachtig steunt, is het billijk dat in dit verslag een kort woord daaraan worde gewijd. Evenals op zoo menig ander gebied, had de oorlogstoe stand een slechten invloed op de Buitenschool, daar deze inrichting dadelyk na het uitbreken van den oorlog ter beschikking van het Boode Kruis werd gesteld; al zijn er geen gewonden verpleegd, zoo is zy toch al spoedig voor het verzorgen, lichamelijk en geestelijk, van Belgische kin deren dienstbaar gemaakt, hetgeen tot in October geduurd heeft. De inrichting is in den winter van 1913/1914 nog verder verbeterd, doordat een geheel nieuwe, uitsluitend voor het doel geconstrueerd, de van het Roode Kruis tijdelijk in leen gekregen barak heeft vervangen, gelukkig juist bijtijds. Ook is op de begrooting van 1915 een gemeentelijke subsidie van f 1000 toegestaan. Door den korteren verplegingsduur zyn de verkregen resultaten niet vergelijkbaar met die van andere jaren, welke opmerking ook geldt voor de gewone vacantiekolonies, de gezinsverpleging op het platteland, en de uitzending van kinderen naar hunne eigen familie. Verblijdend is echter het feit, dat de eerste Doovenschool (School voor Slechthoorenden) in Nederland in Juni 1914 in ’s-Gravenhage is geopend, in het lokaal Bleekerslaan 11a. Ook van deze inrichting geldt hetzelfde als van de Buitenschool. Hoewel eenigzins laat tot stand gekomen, mag zy er met de toediening van het preparaat wordt gestaakt, doet na eenige weken de kwaal opnieuw zich voor en is hervatting der behandeling noodzakelijk. Een groot aantal kinderen is voortdurend onder behan deling; 1732 recepten werden gedurende 1914 afgegeven, waarvan een groot gedeelte in de Gemeente-apotheek werd bereid. Eczema capitis, meest tengevolge van de aanwezigheid van hoofdluizen, kwam veelvuldig voor, vooral te Scheve- ningen. Vermelding verdient de bereidwilligheid van het onderwijzend personeel om de verzorging van de aangetaste hoofden op zich te nemen. De behandeling der ziekten van het behaarde hoofd in de school volgens voorschrift uit te voeren, is echter voor ten hoogste twee gevallen per klasse mogelijk, daar voor meerdere de tijd ontbreekt. Zooals reeds het vorige jaar werd vermeld, zou de be handeling der luizenplaag en de gevolgen daarvan, door een schoolverpleegster zeer wenschelyk zyn. 6 VERSLAG GEMEENTELIJKEN SCHOOLARTSENDIENST.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1914 | | pagina 1838