15 4 IV. Keuringsdienst. Het personeel van den keuringsdienst onderging in 1914 geen veranderingen, terwijl de dienst geheel op dezelfde wyze werd uitgevoerd als in het vorige jaar. Tengevolge van de mobilisatie, waardoor één keurmeester onder de wapenen moest verblyven van 2 Aug. af, kon de surveil lance van de slagerswinkels niet zóó plaats hebben, als wel gewenscht was. Moeten toch normaal per jaar ongeveer 20.000 bezoeken bij de verschillende slagers worden ge bracht, in het afgeloopen jaar bedroeg dit aantal slechts 14279. Wat betreft eenige veelvuldig bij de keuring aangetroffen ziekten van de slachtdieren, welke meer in het bijzonder gevaar opleveren voor de gezondheid van den mensch, het volgende: Tuberculose kwam voor by 4397 runderen (bijna 25%), 210 vette kalveren (1,6 44 graskalveren (3,6 5 nuchtere kalveren (0,14%), 4 schapen (0,09%), 11 geiten (3%), 2 paarden (0,07 en 4663 varkens (12,7 Cysticercus inermis (lintwormlarven, die by den mensch lintwörmziekte kunnen veroorzaken) werd by het rund 18 maal gevonden en wel 2 maal in levenden en 16 maal in afgestorven toestand. De vindplaats van de levende para sieten was de uitwendige kauwspier; in beide gevallen slechts één enkel exemplaar. 72 voor te laat komen, 2 voor plichtsverzuim, 2 voor brutaliteit, 2 voor insubordinatie, 34 voor niet of verkeerd prikken op het tijdregistreertoestel. In drie gevallen is een beroep gedaan op het scheidsge recht, met gevolg, dat in één geval de opgelegde straf bleef gehandhaafd, terwijl zij in twee gevallen werd gewyzigd. Toestand van gebouwen en inrichtingen. De gebouwen en inrichtingen bleven goed voldoen en werden naar behooren onderhouden. Van twee, nabij het ketelhuis gelegen lokalen, waarvan het eene voor sterilisatie van vleesch was bestemd en het andere voor smelten van vet, was het laatste nooit als zoo danig gebruikt, omdat gebleken was, dat de vetsmeltketel een plaats kon vinden in hetzelfde lokaal, waarin de steri lisator was opgesteld. Bedoeld lokaal diende geruimen tyd als werkplaats voor den timmerman en den schilder, doch is thans aan de Spekslagersvereeniging verhuurd als vet- smelterij, terwijl als werkplaats een andere vrije ruimte werd bestemd en daarvoor ingericht. VERSLAG VAM HET OPENRA AR SLACHTHUIS. III.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1914 | | pagina 539