17
504
673
315
317
246
407
121
147
122
2
VERSLAG VAN DE ARBEIDSBEURS.
Afdeeling voor mannen.
leerlingen
Afdeeling voor vrouwen.
n
n
n
n
n
n
w
schoonmaaksters
dagmeisjes (beneden 18 jaar)
noodhulpdienstboden
dagmeiden (boven 18 jaar)
naaisters
werkmeiden
3135
309
178
168
214
110
1913
n
(in
721)
93)
649)
638)
328)
357)
413)
250)
344)
161)
127)
61)
110)
99)
87)
53)
38)
waaronder 170 plaatsingen bij de Gemeentewerken.
n 179 n
3) n 54
232 2)(
553)(
73
timmerlieden
r>
sjouwers
loopknechts
grondwerkers
loopjongens
huisschilders
metselaars
opperlieden
behangers
loodgieters
klerken
leerlingen.
huisknechts
smeden
plantsoenwerkers
schippers
bakkers
(vermeerdering 302, of ruim 7 Verdere bijzonderheden
betreffende het aantal plaatsingen in de verschillende maan
den en vergelijking met vorige jaren zijn opgenomen in
byiagen I, II en III.
Het aantal geplaatste vaklieden bedroeg bij de afdeeling
voor mannen 4372, of ruim 69 van het aantal geplaatste
mannen; by de afdeeling voor vrouwen 1347 of ruim 29%
van het aantal geplaatste vrouwen.
De meeste plaatsingen kwamen tot stand in de volgende
vakken (in verschillende vakken is het aantal plaatsingen
minder tengevolge van de crisis):
692 (in
100
578
98
56
95
1913 3213)
138)
178)
86)
131)
67)
Leerlingen plaatste de afdeeling voor mannen 56, die voor
vrouwen 39.
Buiten de Gemeente vonden door bemiddeling der Arbeids-
n n