40
18A
Dr. G. W. Boland.
's-Gravenhage, Maart 1915.
De Directeur van den
Gemeentelijken Geneeskundigen Dienst,
Met deze gevallen kan worden volstaan; nadere commen
taren zyn overbodig.
Alleen moge het tot besluit nog vergund zijn de opmerking
te maken, dat de in het afgeloopen jaar opgedane ervaring
wel duidelijk de groote beteekenis heeft doen inzien van
een vraagstuk, voor de volksgezondheid van uitnemend be
lang: de zorg voor goede woning van on-en minvermogenden
Geval 13.
Huisgezin met zes kinderen. Vrouw door tegenspoed sterk
gedeprimeerd: lichamelijk en geestelijk achteruit gegaan.
Kinderen daardoor zonder leiding. Verwaarloosde boel.
Een gezin, dat bezig is uiteen te vallen.
Rustkuur, gevolgd door overbrenging naar betere woning,
moreele en flnaneieele steun uit particuliere gift kinderen
onder toezicht vau de wijkvereeniging leveren hoogst
bevredigende resultaten.
Geval 12.
Huisgezin met drie zieke kinderen, waarvan een met long
ontsteking. Man buiten schuld zonder werk. Vrouw zwak.
Nijpende armoede. Men probeert licht werk te krijgenvoor
zwaar werk deugt hij niet. Is niet geschikt om te werken
in het duin. Gebrek aan voedsel. Man spreekt over diefstal
als redding; vrouw en kinderen zouden dan wel verzorgd
worden. Hem wordt door tusschenkomst behandelend genees
kundige geld geleend. Een betrekking gevonden, waarvoor
f 65,als waarborg dient gestort.
Het gezin is er bovenop; de geleende som na een jaar
geheel afbetaald.
VERSLAG GEMEENTELIJKE GENEESKUNDIGE DIENST.
,1