21
18
I
dienst. Niet dan met de grootste inspanning slaagt men er
ten slotte in voor ieder onderdeel van den dienst de noodige
ruimte te vinden, hoewel bijna het geheele materieel buiten
moet staan, blootgesteld aan weer en wind. Dat dit behel
pen den dienst niet ten goede komt, spreekt wel vanzelf.
Teneinde eenerzyds alles nog zoo goed mogelyk gaande
te houden en anderzyds groote uitgaven in den overgangs
toestand te voorkomen, werden slechts- de hoogst noodige
herstellingen verricht.
Op den aschstaal te ’s-Gravenhage werden behoudens de
gewone herstellingen:
a. door de afdeeling Gemeente Werken:
de gebouwen, met uitzondering van het portiershuisje,
van buiten geverfd;
het portiershuisje en het schaftlokaal van binnen geverfd
de brandoven gerepareerd en voorzien van versterkingen
de draaischijven in de spoorbaan gedeeltelyk vernieuwd;
de zoldervloer in de loods voor den gasmotor en de
tuigenbergplaats vernieuwd;
de voederbakken in stal I vernieuwd en een oppervlakte
van 3339 M2 verstraat.
b. in eigen beheer:
een gedeelte van de machineloods ingericht tot kantoor
voor den Hoofdopzichter der werkplaatsen;
in de smederij een electrische installatie gemaakt voor
het aandrijven van verschillende werktuigen, w. o. een ven
tilator voor het aanblazen der smidsvuren, zoodat de
blaasbalgen konden vervallen
een nieuwe stoomketel van 7 M2. verwarmd oppervlak in de
Ontsmettingsinrichting geplaatst, ter vervanging van den be-
staanden, welke werd overgebracht naar de tonnenloods voor
het verwarmen van spoelwater en het weeken van bezems.
Op den aschstaal te Scheveningen werden:
a. door de afdeeling Gemeente Werken:
het schaftlokaal en de overlaadloods van buiten geverfd;
twee stel dubbele deuren van de overlaadloods vernieuwd
een gedeelte der spoorwegverbinding met de stoomtram-
baan der Holl. IJz. Spoorweg My. vernieuwd en een gedeelte
van het terrein verstraat.
VERSLAG GEMEENTELIJKE REINIGINGSDIENST.