21 35 35.000 25.000 iz_ 15.000 r ïo.ooo r 5.000 April. Mei. Juni- Juli. Attg. Sept. Maart. Het hooge waterverbruik, ondanks het vroeg beëindigen van het sproeiseizoen, is terug te voeren op het vele sproeien in den voorzomer. In verband met de in het jaarverslag over 1913 vermelde nieuwe wijze van berekening van het sproeiwater naar het werkelyk verbruik, werden de standpijpen in gebruik bij het sproeien met slangen reeds van watermeters voorzien. Het ligt in de bedoeling om de sproeiwagens mede zoo spoedig mogelijk daarvan te voorzien. Tot zoolang wordt het ver bruik met sproeiwagens nog bepaald naar het aantal ge telde wagenvullingen. Onderstaand graphisch staatje geeft een overzicht van het sproeiwaterverbruik in kubieke meters per maand. SPROEIEN. r_ 30.000 r_ 20.000 JO 40.000

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1914 | | pagina 777