27
2
VERSLAG GEMEENTELIJK WEKKLOOZENFOKDS.
III. De „Noodregeling”.
De oorlogstoestand, die voor Europa en ook voor ons land
op 1 Augustus 1914 intrad, veroorzaakte in het maatschap
pelijk leven groote stagnatie, waardoor al spoedig in vele
vakken de werkloosheid ook in onze Gemeente zich ernstig
deed gevoelen. Van Gemeentewege werd door de afdeeling
Gemeentewerken en door de afdeeling Plantsoenen op doel
treffende wijze aan vele werklieden werk verschaft; doch
hiermede kon vanzelf de aanvankelijk toenemende werk
loosheid, die naar te vreezen stond van langen duur zou
zijn, slechts ten deele bestreden worden. In den nood, die
door deze werkloosheid allengs zou ontstaan, moest alzoo
ook op andere wijze zooveel mogelijk voorzien worden, ten
opzichte waarvan uit den aard der zaak ons Gemeentelijk
Werkloozenfonds een belangrijke taak zou hebben te ver
vullen.
Een leiddraad voor de wijze, waarop de in ons land be
staande Gemeentelijke Werklozenfondsen en Werkloos
van
waarin
nomen.
Door den later ingetreden oorlogstoestand verloor deze
aangelegenheid echter tijdelijk haar beteekenis.
„den, noodigt Burgemeester en Wethouders uit een doel
treffende regeling voor die ongeorganiseerden te ont-
„werpen”,
werd door Burgemeester en Wethouders, in wier handen
deze motie was gesteld om prae-advies, het advies van het
Bestuur gevraagd.
In de vergadering van het Bestuur van 4 Februari 1914
werd deze zaak aan de orde gesteld. Voorloopig de vraag
in het midden latende, of inderdaad de ervaring heeft ge
leerd, dat het thans bestaande stelsel vervangen dient te
worden, was het Bestuur eenparig van meening, dat in
geen geval de ongeorganiseerden buiten de verzekering
mogen worden gesloten, doch ondervond bij de bespreking
van deze aangelegenheid al dadelijk de moeilijkheid om
een regeling voor die ongeorganiseerden te treffen. Mede
in verband hiermede werd met algemeene stemmen besloten
Burgemeester en Wethouders te adviseeren, voorloopig
geen voorstel bij den Gemeenteraad in te dienen, doch hier
mede te wachten, totdat het verslag der Staatscommissie
over de werkloosheid zou zijn verschenen. Naar het oordeel
van het Bestuur mocht voor dit advies pleiten, dat mogelijk
het verslag der Staatscommissie een wettelijke regeling
de Gemeentelijke Werkloozenverzekering zou geven,
dan ook de ongeorganiseerden zouden zijn opge-