28
2
ff.
Toen na het sluiten van de Effectenbeurs geen beleeningen
op Effecten bij de bankiers konden worden gesloten, ging
de Bank door met het geven van voorschot op zulke stukken
en tot een zoodanig lager bedrag dat verwacht kon worden
dat, niettegenstaande den oorlogstoestand, de beleening geen
verlies voor de Bank zou opleveren.
Van 1 Augustus tot 31 December 1914 werden 91 be
leeningen op effecten meer gesloten dan in het zelfde tijdvak
van het vorige jaar.
Eenige niet afgeloste, te verkoopen effecten die, wegens
sluiting van de Effectenbeurs, niet konden worden verkocht,
werden voorloopig bewaard om voor dien verkoop betere
tijden af te wachten.
Na Augustus en tegen het einde des jaars vermeerderde
geleidelyk de omzet in de kantoren der Bank, hetgeen in
verband moet worden gebracht met de verbetering die over
het algemeen in den socialen toestand kwam tengevolge
van de, van verschillende zijden, ontvangen hulp, zooals
Evenals andere ftnancieële instellingen ondervond de Bank
moeilijkheden tengevolge van den zilvernood. Als maat
regelen ter tegemoetkoming hieraan werden:
1°. de Beheerders der verschillende kantoren er op ge
wezen de grootst mogelijke zuinigheid in acht te nemen bjj
het uitgeven van zilvergeld;
2°. de pensioensvoorschotten in begin Augustus voorloopig
slechts gedeeltelijk uitbetaald en wel voor zoover dat met
bankpapier kon plaats hebben;
3°. de lossing van panden, waarvoor groot bankpapier
werd in betaling gegeven, voorloopig geweigerd en
4°. de Nederlandsche Bank dagelijks bezocht om, zooveel
mogeljjk, bankpapier om te wisselen in zilvergeld.
De mobilisatie van het leger was oorzaak dat 8 ambtenaren
en beambten voor den militairen dienst werden opgeroepen.
Terwijl het gemis van een vierde gedeelte van het per
soneel reeds tot groote moeielijkheden aanleiding gaf, was
dit te meer bezwarend omdat onder de opgeroepenen zich
bevonden twee Beheerders van Bijkantoren, één Beheerder-
plaatsvervanger en drie, ook reeds met de taxatie van panden
vertrouwde, klerken. In het daardoor ontstaan gebrek aan
taxateurs in de Bijkantoren moest van uit het Hoofdkantoor
worden voorzien. Ook werden, ter vervanging van het af
wezige personeel, eenige tijdelijke beambten op den voet
van art. fi, sub c van het Ambtenarenreglement in dienst
gesteld.
VERSLAG DER GEMEENTEBANK VAX LEEXING.