i 27 41 VERSLAG GEMEENTELIJK WERKLOOZENFONDS. wanneer laatstgenoemden een hooger uitkeering kunnen ontvangen en wel van f 3.— op f 4.20, alzoo slechts f 1.80 minder dan een gehuwde of een kostwinner. Begrijpelijk is overigens, dat niet gepoogd wordt de maximum uitkeering van f 6.— te verhoogen. Een dergelijk pogen is aangewend te Rotterdam, doch afgestuit op het schrijven van den Minister van Financiën aan Burge meester en Wethouders te dier plaatse, in welk schrijven door den Minister werd opgemerkt, dat de in zijn schrijven van 22 Augustus 1.1. gestelde bedragen opzettelijk zoo ge kozen zijn, dat zij zooveel mogelijk aansluiten bij de be dragen, die de werkloosheidsverzekering in normale tijden kent. Bij langdurige crisis kunnen uiteraard bijzondere nooden ontstaan, bepaaldelijk in grootere gezinnen, doch de voorziening daarvan ligt naar de ineeuing van den Minister niet op den weg der werkloosheidsverzekering. Het komt Z. E. juister voor, dat zulk een aanvulling der uitkeering geschiede door het Steun-Comité, gelijk dat in andere gemeenten (b.v. Amsterdam, ’s-Gravenhage, Haar lem) plaats vindt. Toen nu, op verzoek van B. en W. van Rotterdam, het aldaar bestaande plaatselijk Steun-Comité zich bereid verklaarde om evenals het Steun-Comité te de zer stede aanvullend werkzaam te willen zijn, meende de Rotterdamsche Raad o.i. terecht niet tot verhooging van het maximum te moeten overgaan. Uit het (dezer dagen gewijzigd) tarief van uitkeeringen, door het Steun-Comité alhier ons ter inzage gegeven, blijkt, dat gehuwde en ongehuwde werkloozen, die een uitkeering van een werkloozenkas ontvangen, ook nog een suppletie van het Steun-Comité kunnen verkrijgen, wanneer zij daar toe, naar het oordeel en na nauwkeurig onderzoek vanwege het Comité, in aanmerking komen. Vanzelf vallen hier onder, zoo niet uitsluitend, de ongehuwden, niet behoorende tot een gezin. Zoo kunnen de door den heer Hoejenbos en den Haagschen Bestuurdersbond bedoelde ongehuwde werk loozen, die, als lid van een werkloozenkas, f 3.— van de ge meente ontvangen, nog van het Steun-Comité verkrijgen een bedrag van ten hoogste f 1.50, zoodat deze menschen soms aan uitkeering kunnen genieten f 4.50, nog f 0.30 meer dan door den heer Hoejenbos voorgesteld wordt, welk be drag van f 0.30 door de menschen niet meer zal worden ontvangen van het Steun-Comité, indien het voorstel-Hoe- jenbos mocht worden aangenomen. Wat door het voorstel en door het adres gewenscht wordt, wordt nu reeds op practische wijze verkregen door het Steun-Comité, dat ieder geval op zich zelf beoordeelt.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1915 | | pagina 1029