27
49
Bijlage VI.
MINISTERIE VAN FINANCIËN.
Afdeeling W. V.
’s-Gravenhage, 1 Maart 1915.
A.
B.
C.
Aan
den Heer Secretaris van het
gemeentelijk Werkloozenfonds
te ’s-Gravenhage.
Centraal Bureau
Werkloosheidsverzekering
Kneuterdijk 5.
ANT FOLMER,
Chef van het Centraal Bureau
Werkloosheidsverzekering.
No. 1951.
Betreffende: inkomsten.
Ik heb de eer beleefd te verzoeken mij zoo mogelijk
eenige inlichtingen te willen verstrekken aangaande de
volgende punten:
Of en in hoeverre wordt door de aangesloten werk
lozenkassen, bij het bepalen der uitkeering voor ge
heele of gedeeltelijke werkloosheid, rekening ge
houden met inkomsten, die het lid geniet uit:
a. anderen loonarbeid dan zijn gewonen arbeid;
b. winkelbedrijf, tapperij of ander bedrijf;
c. andere inkomsten (bv. ongevallenrente of pensioen)
Of en in hoeverre wordt daarbij rekening gehouden met
inkomsten, die de echtgenoote van het lid geniet uit:
a. loonarbeid;
b. winkelbedrijf, tapperij of ander bedrijf?
Of en in hoeverre geldt het bovenstaande voor inwo
nende kinderen?
Is door het gemeentelijk fonds wellicht ten aanzien van
een of meer dezer punten, met het oog op bepaalde gevallen
of in het algemeen, eene beslissing genomen, dan zoude
ik mededeeling dezer beslissing(en) zeer op prijs stellen.
VERSLAG GEMEENTELIJK W ERKL00ZENF0NDS.