27
Bijlage VII.
GEMEENTELIJK WERKLOOZENFONDS.
’s-Gravenhage, 27 April 1915.
(w.g.) H. DE WILDE, Voorzitter.
(w.g.) J. G. KRUIS, Secretaris.
Aan de
Besturen der aangesloten werkloozenkassen.
Het Bestuur van het Gemeentelijk
Werkloozenfonds:
De aandacht van ons Bestuur werd gevestigd op de be
langrijke besprekingen op de vergadering van de vertegen
woordigers van Gemeentelijke Werkloozenfondsen, gehou
den op 26 Febr. 1915 te Rotterdam, op welke vergadering
werd gewezen op enkele lichtzijden, aan de „Noodregeling”
verbonden. Niet slechts op deze, dat er meer uniformiteit
komt in de werkloozenverzekering in het algemeen, maar
ook hierop, dat er eeu neiging bij tal van werkloozenkassen
in ons land is te bespeuren om thans meer dan ooit door
drongen van de groote beteekenis van de werkloozenver
zekering voor den werkman allengs de contributies der
leden van de werkloozenkassen te verhoogen.
Tot ons leedwezen moet ons Bestuur verklaren, dat van
die neiging om de contributies der leden te verhoogen,
waarover de heeren Keesing c.s. in genoemde vergade
ring met zooveel waardeering spraken, bij Uw kas tot
heden niets te bespeuren is geweest.
Ons Bestuur zal het op Imogen prijs stellen, van U zoo
spoedig mogelijk te vernemen, of er ook bij Uw Bestuur
aan gedacht wordt maatregelen te nemen betreffende de
verhooging der contributies; en, zoo neen, om welke redenen
daartoe niet wordt overgegaan.
50
VERSLAG GEMEENTELIJK WERKLOOZENFONDS.